mek Ikmrncluimyi 1mv ^eykomtfm
114
Na 1920 worden de elzenmeten in de Kop van Schouwen meer en meer ontgon
nen voor de aanleg van boomgaarden. De fruitteelt heeft er zijn bloei
gehad tussen 1930 en 1950; in die tijd was ca. 600 ha boomgaard in de
Westhoek aanwezig.
De fruitteelt in de binnenduinen bleek in de eerste helft van deze eeuw
mogelijk door de introduktie van het stoomgemaal in de polder Schouwen
in 1877. Voor die tijd was de duinvlakte te nat, niet alleen 's winters
maar ook in de zomer. Bij fruitbomen is een bewortelingsdiepte tot 1.50
m; een hogere grondwaterstand maakt fruitteelt onmogelijk. Hiervoor ver
antwoordelijk was het uitzakken van grondwater uit de aanliggende hoge
duinen in kombinatie met het hoge peil in de achterliggende polder. De
afvoer van duinwater stagneerde hierdoor. Geleidelijk zal in deze eeuw
minder zoet water uit de hoge duinen afstromen door toenemende onttrek-