De vlinderfmna van
de Schouwse polderdijken
3
door M.G.M. Jansen en G.J.C. Buth
De dijken op Schouwen-Duiveland zijn erg waardevolle landschapselementen;
het zijn toevluchtsoorden voor tal van planten en dieren uit het omrin
gende cultuurland. Door de specifieke milieuomstandigheden komen er bo
vendien een. aantal kenmerkende plante- en diersoorten op voor. In een
vorig artikel in Datura hebben we de historie en de vegetatie van de
Schouwse polderdijken beschreven (Buth en Jansen 1983); in dit artikel
wordt ingegaan op de vlinders die op en rond de dijken voorkomen.
Het onderzoek
Er heeft niet een echt specifiek onderzoek plaatsgevonden; bij de floris-
tische inventarisaties werden er al lopende aantekeningen gemaakt over
de aantallen en soorten vlinders die gezien werden. Het geheel van deze
aantekeningen geeft ons een globaal overzicht van de vlinderrijkdom van
de Schouwse dijken. De dijken werden vooral 's avonds (tot in de scheme
ring) bezocht; ook overdag werd er een aantal keren geïnventariseerd.
Naast het vaststellen van de samenstelling der vlinderfauna hebben we
tevens bekeken of het mogelijk was om indicator-soorten aan te wijzen
voor zowel soortenarme als soortenrijke dijkvegetaties
Vooral op de meer waardevolle Schouwse dijken is de vegetatie rijk aan
kruiden als beemdkroon, knoopkruid, peen, vogelwikke, duizendblad en
agrimonie (Buth Jansen 1983)Deze bloemrijke dijken vervullen hiermee
een belangrijke funktie als nectarleverancier voor veel dag- en nacht
vlinders. Voor het voorkomen van bepaalde vlindersoorten op dijken zijn
echter meerdere factoren van belang; een belangrijke factor is bijvoor
beeld de waardplant van de rups. Veel vlindersoorten zijn in meer of
mindere mate gespecialiseerd; de rups kan op één plantesoort (monofaag)
of op verschillende plantesoorten voorkomen (de zgnpolyfage soorten).
Vooral de monofage soorten zijn vaak uitstekend geschikt om als indica
torsoort te worden opgevat
Indeling der vlinders
De vlinders (Lepidopteraworden in veel handboeken ingedeeld in twee
groepen, de zgn. macro- en microlepidopteraDeze indeling berust op geen
enkele wetenschappelijke basis, maar is ontstaan door de interesse van
de verzamelaars. De groep macrolepidoptera kan weer worden gesplitst in
een groep dagvlinders en een groep nachtvlinders; het zijn voornamelijk
grote vlinders, vandaar de naam macrolepidoptera. Ook deze indeling is
wetenschappelijk gezien niet geheel juist, zelfs de naam nachtvlinders
is misleidend: veel soorten vliegen overdag of in de schemering.
Tot de groep van microlepidoptera behoren veel kleine vlindersoorten,
alhoewel ook hier weer veel soorten voorkomen die qua grootte niet voor
de macro's onderdoen.