"Nog even naar de Slikken?", vroeg hij zich af. Eigenlijk een overbodi ge vraag, bedacht hij, want natuurlijk zou hij ook deze ochtend op de Slikken van Flakkee terechtkomen. Of juist deze ochtend. Met zijn hoge lucht en zijn prima trek, was een uurtje ronddolen op de Slikken de beste remedie om mentaal bij te tanken. En wellicht de Slechtvalk veertien dagen terug waren er immers al prooiresten te vinden. Wegrij dend van de buitenhaven van Stellendam was er toch nog twijfel over het volgende doel. Een Slechtvalk had hij vanmorgen al, rustend op zijn traditionele hoogspanningsmast op de Ventjagersplaten. En wie weet wat er bij de Brouwersdam te zien zou zijn.Hier bij Stellendam toch ook twee Kleine Jagers en een adulte Middelste. Kon hij gelijk weer eens door de Oude Oostdijk rijden. Zouden nu toch best al Grauwe ganzen kun nen zijn. Maar even later rijdt de man achter Melissant toch de Slikken van Flakkee op, zich direkt realiserend hoe goed hij er aan deed hier weer heen te gaan. Wat een land toch. In het klare noordwestenwindlicht komen de tinten bruin er wel extra sprekend uit. Op rechts, de onbegrens de gezichtseinder markerend, de toren van Goedereede. Recht vooruit de Veermansplaat. En wat een watervogels op de Grevelingen: Knobbelzwanen, veel Smienten en daar, de grens van lucht en water volgend, vliegen Rotganzen, afwisselend donker kontrasterend tegen de klare oktoberlucht en tegen het transparantgroene water van de Grevelingen. Het magnifiek wijde slikkenlandschap verder met de Audubon afzoekend, is de man onbe wust al gereed roofvogels te registreren. Dat kan hier bijna niet mis sen. Daér een wijfje Blauwe kiekendief, óók een Bruine, twee Torenval ken. Nog geen Smelleken? Zou toch best al kunnen. Een kwartier later het pad af dat verder het terrein in voert. Rechts het enorme gronddepót, tot semi-natuurlijke contouren gevormd en inmid dels doorwoeld met konijnepotenWaar het pad afbuigt om de honderden meters lange heining te volgen, houdt de auto in. De regen van de afge lopen weken heeft het pad er niet beter op gemaakt en om de auto nu vanmiddag weer te wassenNog twijfelend of hij wel of niet zal doorgaan, weer met de kijker de horizon langs. Alleen al het voorrecht om zo'n straal te bestrijken, zonder dat bouwsels door het beeld schui-- ven, is uniek. Te begrijpen dat in dit grootschalige gebied Zeearenden komen overwinteren. Zouden die weer komen?Vorig jaar eerst één en later zelfs twee, enkele maanden lang. Zeearenden en Slechtvalken. Indien juist zulke soorten lange tijd een terrein als winterkwartier frequenteren, dan valt een beter bewijs voor de kwaliteiten van dat terrein niet aan te voeren. Hoewel zich realiserend dat half-oktober rijkelijk vroeg is voor een pleisterende Zeearend, doet de herinnering aan die vogels hem besluiten verder te gaan naar het oosten, naar de grote inham, waar vo rige winter de beide Zeearenden kwamen jagen, opererend vanaf de Veer mansplaat Paniek. Juist bij het instappen gaan in het oosten, daar waar de bewuste inham moet liggen, massaal vogels op. Alleen of in troepen. Twee, drie gemengde vluchtjes Kieviten en Goudplevieren proberen snel op hoogte te 97

Tijdschriftenbank Zeeland

Sterna | 1984 | | pagina 23