Met belangstelling las ik Sterna van juli '84 met "Schouwen 50 jaar ge leden". Zelf heb ik Schouwen leren kennen in de jaren 1914-1919 toen ik als gemobiliseerde op Walcheren verbleef. Ik heb dit beschreven in de Levende Natuur van die jaren. Over Schouwen heb ik toen niet geschreven. Ik bezocht natuurlijk Vijverberg en zag hem als vogelfotograaf bezig met eigen-vervaardigde fototoestellen. De duinen waren één grote stuivende woestijn, die dreigden de Vroondui nen te overstuiven. Het was een imposant gezicht, die witte massa's zand, die steeds meer naar het oosten oprukten. Er was slechts hier en daar wat vegetatie, helm dat het moeilijk had door de konijnenstand. Er was toen nog geen myxomatose Het bos achter het Kasteel Haamstede had een minder rijke flora dan de duinbossen op Walcheren. Wel groeide er de Stinse-vorm van onze Trompet- Narcis, een iets forsere vorm dan de wilde vorm. De massa's Lenteklok jes die nu bij Haamstede groeien waren mij toen niet bekend. Pas in de dertiger jaren, dus 50 jaar terug, leerde ik Schouwen beter kennen. Ik maakte toen kennis met de kunstschilder Heuff, eigenaar van "De Waaiboom" bij Renesse. Hij mocht logeren in de oude vuurtorenwach terswoning bij de Verklikker en trachtte niet geheel zonder succes daar het zand vast te leggen en dennen te planten. De heer Sillem, de broer

Tijdschriftenbank Zeeland

Sterna | 1984 | | pagina 7