P"1 4. Besluit. Voor het eerst sinds de afsluiting van de Grevelingen in 1971, broedden er dit jaar geen Grote Sterns op de Hompelvoet. Gelukkig zijn ze daar mee niet uit het Deltagebied verdwenen, maar zitten ze op het vlakbij de Hompelvoet gelegen Markenje. Met 4700 paar, in groter aantal dan in alle voorafgaande jaren. Deze opgaande lijn, die niet alleen in de Gre velingen te zien is maar ook elders (Waddengebied) duidt op een lang zaam herstel van de Nederlandse populatie na de massale sterfte vanwege vergiftiging van het kustwater begin zestiger jaren. Het beschikbaar zijn van een goede broedplaats is voor deze in zeer dichte kolonies broedende soort van groot belang. Geschikt broedterrein en rust tijdens de broedtijd zijn daarvoor belangrijke faktoren. Marken- je is een prima broedplaats zolang een hoge waterstand of bijzonder nat voorjaar het plaatje niet ongeschikt maakt omdat er dan nergens een droog plekje te vinden is. Op de Hompelvoet dient dan ook het op de sterns gerichte beheer, zoals dat tot nu toe gevoerd is, te worden voort gezet. Met het grillig vestigingspatroon van Grote Sterns behoort her vestiging op de Hompelvoet bij een natte aprilmaand niet tot de onmoge lijkheden Overigens willen we er voor pleiten om een voor sterns zo gunstig moge lijk peilbeheer te voeren in de Grevelingen. Dat houdt in: In het voor jaar een wat lagere waterstand zodat de kans op overspoeling gering is en 's winters een wat hogere waterstand zodat door overspoeling met zout wateruitbreiding van riet en hoogopgaande ruigtekruiden wordt tegenge gaan. Deze zomer/winterfluctuering van het peil is niet alleen gunstig voor Sterns en andere pioniervogels in heel de Grevelingen, maar zou ook uit botanisch oogpunt waardevolle zoutvegetaties in stand houden en een meer geleidelijke overgang naar opgaand struweel bevorderen. Bonte vliegenvanger i Foto: Henk Harrnsen

Tijdschriftenbank Zeeland

Sterna | 1986 | | pagina 91