Feestelijke overhandiging van het eerste exemplaar van het Schouwse Vogelboek Op 14 februari was het dan zover. Het Schouwse Vogelboek was klaar en kon „aan den volke" wor den getoond. De werkgroep die aan de samenstel ling van het boek jarenlang had gewerkt, kreeg die dag de lof toegezwaaid die ze verdiende, in Slot Moermond overhandigde Vogelwachtvoor zitter Frans Jansen het eerste exemplaar van „De Vogels van Schouwen-Duiveland" aan Nico de Haan van Vogelbescherming, onder ogen van de genodigden waaronder subsidiegevers, vertegen woordigers van de gemeenten, pers, vertegenwoor digers van onze zustervereniging op Goeree- Overflakkee, bestuursleden en naaste medewerkers en auteurs van het boek. Dat overhandigen van het eerste boek ging met toespraken van beiden ge paard, waarbij Nico de Haan nog een zorgvuldig bewaarde verrassing voor de voorzitter in petto had: het redactieteam bleek namelijk vanwege zijn vele verdiensten voor de natuurbescherming op het eiland het boek aan Frans Jansen te hebben opgedragen. De feestelijke bijeenkomst werd extra luister bijge zet door de aanwezigheid van Rykel ten kate en Frans Kooijmans, de Schouwse vogelaars van het eerste uur, de laatste tevens als vertegenwoordiger namens beide andere inleiders van het boek: W. H. van Dobben en N. Tinbergen. Het toespraakje dat Karei Leeftink als lid van het redactieteam hield ter ere van Frans Jansen willen wij de lezers van de Sterna niet onthouden. Het luidde als volgt: Nico de Haan (1) en Frans Jansen. Foto: Wim de Vos. Het moet een mooie avond in augustus 1980 ge weest zijn - bedelende jonge Visdieven aan het strand, een geurig avondrood, dampende bakken koffie en een vergadering van de immer aktieve vogel werkgroep. Toen heeft 'ie het gewaagd, toen heeft 'ie het ge vraagd, Jan-Willem, toen is alles begonnen, De vo gels van Schouwen-Duiveland... Eerst nog wat lacherig als samenzwerende kwa jongens, allengs ernstiger en vol ijver, overtuigd van de goede zaak, nog later slapeloze nachten, verwensingen en doodop. En, nu is het zo ver: het ■boek ligt 'r, een hoogtepunt, apetrots en tja, wat Het bloed kruipt waar het niet gaan kan: naar bui ten natuurlijk! Op zoek naar wat restjes rust, na tuur en stilte. Soms denk ik, God, spaarden we maar postzegels, speelden we maar viool of deden we aan turnen, want het doet pijn. Vogels kijken doet pijn, elke dag weer. Steeds ontdek je, dat mensen in hun on wetendheid en soms ook pure onwil 'r alles aan doen ook die laatste kruimels natuur voorgoed de wereld uit te vegen... Nog meer bungalowparken, nog meer wegen, nog meer toeristen, 't kan niet op. Stookolie, verkeer, 21

Tijdschriftenbank Zeeland

Sterna | 1987 | | pagina 23