leidelijk terugblikkend te inventariseren hoe ana loge situaties in het deltagebied uitpakten. Daar voor is het niet nodig ver te gaan. In de Slikken van Flakkee en de van de Hoekse Waard deel uit makende Korendijkse Slikken zien we gebieden die als gevolg van de deltawerken weliswaar hun oor spronkelijke karakter geheel prijsgaven, maar waar een gericht beheer een nieuw en waardevol gebied wist te scheppen. Bij de destijds tot het zoute getijdengebied behorende Slikken van Flak kee, bestaande uit getijdenslikken en schorren, werd van meet af aan via een programma van in zaai en begrazing gewerkt aan het gebied zoals het zich ons thans presenteert. Met de tot het brakke getijdengebied behorende Korendijkse Slikken, bestaande uit riet- en biezenvelden, werd eerst tien jaar gesold. Eerst nadat Natuurmonumenten het gebied verwierf volgde een aanpak die leidde tot de huidige structuur. Beide beherende instanties bezaten de visie - en boden de terreinen voldoende ruimte - variatie in het nieuwe landschap aan te brengen, zonder daarbij piete-peuterig te werk te gaan: een aanzienlijke, zij het niet de grootste op pervlakte werd aan het lot overgelaten, waardoor zich een zowel waardevol landschappelijk als rijk natuurwetenschappelijk element bij het geheel voegde. Zoals bekend liggen de Korendijkse Slik ken langs het thans zoete Haringvliet en de Slik ken van Flakkee langs de zout blijvende Greve- lingen. Beide terreinen groeiden uit tot de rijkste weidevogelgebieden en belangrijkste ganzen- pleisterplaatsen van de noordelijke delta. Ergo, functies die het gehele jaar overlappen. Niet voor niets liet Natuurmonumenten recent weten met de Visdief, een pioniersoort die zich zeker zal vestigen op de drooggevallen gronden in het Krammer-Volkerak. Foto G. L. Ouweneel. door de organisatie al enkele jaren geleden ver worven Blanke Slikken op Tiengemeten een zelfde beheersbeleid te gaan voeren. Gelukkig maar. Overigens zal er nog wel een poosje overheen gaan eer op de Hellegatsplaten, de Krammersche Slik ken en de Slikken van De Heen de eerste Heckrun- deren zullen worden ingeschaard. Met de ontzil- ting van de hoogst gelegen gronden zal naar verwachting twee tot vijf jaar zijn gemoeid en met de lager gelegen gronden een periode tot 25 jaar. Zulks betekent niet dat de met inrichting respectie velijk beheer belaste instanties kunnen beginnen met afwachten. Integendeel. Allereerst zullen di rect al, daar waar nodig, maatregelen noodzake lijk blijken tegen dreigende verstuiving. Ook is het gevaar van oeverafkalving onderkend. Ontworpen is een principeplan voor aan te leggen oeververde digingen, naar type afhankelijk van de plaatselijke situatie. Lettend op de vele ondiepten zal een z.g. vooroeververdediging het meest worden verkozen. Bij dit type ontstaat tussen de aan te leggen stenen dam of zanddam en de oever van het drooggeval len gebied een soort lagune. Of in deze lagune in het binnen enkele jaren ver zoete Krammer-Volkerak riet- en biezenvelden zul len ontstaan, moet afgewacht worden. Thans, ruim twee jaar na de vooroeververdedigingaanleg ten behoeve van de Korendijkse Slikken, valt daar van een dergelijke ontwikkeling nog geen spoor te bespeuren. 41

Tijdschriftenbank Zeeland

Sterna | 1987 | | pagina 23