De Zand- (of Duin-)hagedis De meeste waarnemingen van hagedissen op Schouwen-Duiveland betreffen de Levendbarende hagedis: deze komt in elk geval voor in het duinge bied en bij Dijkwater. Van de Zandhagedis op Schouwen-Duiveland was van vóór 1970 een klein aantal waarnemingen bekend en één recente (P. Maas). In Zeeland komt deze soort verder alleen op Walcheren voor, maar is daar recent in elk geval zeer zeldzaam geworden. Ook elders is deze (vroe ger vanwege zijn talrijke voorkomen „Gewone" hagedis genoemde) soort schaars geworden en sterk bedreigd. Na een lezing voor de Natuur- en Vogelwacht stuurde de heer P. A. Stoon uit Rotterdam mij een toevallig door zijn kleindochter dood aangetrof fen en gedroogd hagedisje, dat inderdaad een Zandhagedis bleek te zijn. De vindplaats was een open gedeelte in de boswachterij Westenschou- wen. De Zandhagedis heeft over het algemeen een voorkeur voor warme, zonnige en droge zandgron den waar tevens door begroeiing voldoende be schutting te vinden is. In dat opzicht voldoet de vindplaats aan de biotoop-eisen; opvallend is dat deze soort, die bekend staat als zeer gevoelig voor verstoring, gevonden is in dit deel van de boswach terij dat toch een behoorlijke recreatiedruk heeft. Anderen moeten voor zo'n vondst meer moeite doen: zojuist zijn na jaren veldonderzoek door John Beijersbergen en Jeannet Vermuë voor het Heikikker, na lange tijd opnieuw waargenomen in de Westhoek. Naar een dia van Wim van Wijngaarden. eerst Zandhagedissen gevonden op de vroongron- den bij Haamstede. In dit terrein is de verstoring gering, maar lijkt juist aan de andere biotoop- eisen minder te worden voldaan. Het is natuurlijk niet verwonderlijk dat al deze waarnemingen juist in het duin- en vroongebied zijn gedaan: hier is het meeste zoete water, zijn nog de meeste drinkpoelen en kleine watertjes te vinden, zijn nog relatief grote stukken ongestoord terrein. Weinig amfibieën zijn zo tolerant voor zout als de Rugstreeppad, en veel sloten op Schou wen-Duiveland zijn zout of brak. Toch is ook el ders, b.v. in het „zoete gebied" rond de zandopdui- king van Schuddebeurs, nog het een en ander te verwachten. Het is zeker de moeite waard om op meer dijken dan alleen die bij Dijkwater uit te kij ken naar de Levendbarende (en wie weet toch ook de Zand-)hagedis. In 1983 publiceerde Bernard Krebs in Sterna een lijstje van op Schouwen-Duiveland ooit waargeno men soorten. Daarvan zijn de Kamsalamander en de Groene Kikker (welke van de drie moeilijk te onderscheiden soorten?) voor zover mij bekend nog niet teruggevonden (de vermelding van de Eu ropese moerasschildpad betreft zeker geen natuur lijk voorkomen). Zouden die ook niet terug te vin den zijn? 67

Tijdschriftenbank Zeeland

Sterna | 1987 | | pagina 21