Zeerus (Juncus maritimus) in de binnenduinen van Goeree en Schouwen: een stormvloedrelict J. Beijersbergen en F. Beekman AI uit de jaren dertig is een vondst bekend van de Zeerus (Juncus maritimus) in de binnenduinen van Schouwen. Welke groeiplaats dat betrof is niet meer bekend. 45 jaar later wordt in het kader van het duinonderzoek van Provinciale Waterstaat de plant opnieuw aangetroffen in de vroongronden, terwijl nog weer enkele jaren later bij een volledige vegetatiekartering van valleien en slenken blijkt (Van Dorp, 1982), dat het gaat om verschillende groeiplaatsen van vaak nog vitale horsten. Op Goeree vond de eerste auteur al eerder Zeerus in een slenk in de Middelduinen. Van dil gebied zijn geen oudere waarnemingen van de soort uit de literatuur bekend. In dit artikel wordt nader ingegaan op deze vanuit ecologisch oogpunt opvallende verschijning in het binnenduin, die voor zijn verspreiding en vestiging afhankelijk is van de (vroegere) aanwezigheid van de zee. Daarbij komt ook een soort als Knopbies (Schoenus nigricans) ter sprake. Zowel vanuit de ecolo gie als vanuit de historische geografie komen we tot de conclusie dat het in de moderne tijd voorkomen van Zeerus in de binnenduinen ons een blik gunt in het verleden. De groeiplaatsen vormen levende spo ren in het land. Ooit moet het zeewater tot hier zijn binnengedrongen. Zeerus Zeerus is een plant die kiemt in het vloedmerk van hogere schorren en de soort treedt op als pionier- plant van groene stranden en achterduinse strand vlakten, waar nog af en toe de zee komt. Ook als de bodem volledig ontzilt, kan de plant zich hand haven mits de vegetatie open blijft, zoals bij begra- zing door konijnen en vee. Het is niet zo verwonderlijk dat er in het Deltage bied vele groeiplaatsen van Zeerus binnendijks zijn. Het gaat daarbij om gebieden die korter of langer geleden door afdamming buiten de getijde invloed van de zee zijn geraakt. Andere binnen- dijkse gebieden maar ook duinvalleien, zijn nog in 1953 geïnundeerd. Dat laatste geldt bijvoorbeeld voor de Westhoofdvallei op Goeree en de Zouten Haart op Schouwen, waar eveneens Zeerus kan worden aangetroffen. Na de ramp is het begrazings- en/of maaibeheer in deze valleien op nieuw opgepakt en in de open, kruidenrijke vege tatie heeft de soort zich sindsdien kunnen handha ven. De vondst van een plant in een wegsloot langs de Rampweg op Schouwen, waarvan het talud jaarlijks wordt gemaaid door het waterschap, is in dit verband opmerkelijk. Maar vreemder wordt het de plant aan te treffen in een slenk in de vroongronden vele kilometers van zee en van de (in 1953 geïnundeerde) polder, een gebied waar al sinds eeuwen het zoete grond water de ecologische processen, waaronder de ont wikkeling van de vegetatie, bepaalt. Nu was die merkwaardigheid al eerder opgemerkt. Niemand Zeerus juncus mariUm 89

Tijdschriftenbank Zeeland

Sterna | 1987 | | pagina 19