Kerkuilen - een (ei)landelijke campagne
De Kerkuil lijkt te worden gered van de ondergang. Voor het eerst sinds 10 jaar is deze bedreigde vogel
weer sterk in aantal toegenomen. Waren er in 1987 zo'n 300 paren Kerkuilen, vorig jaar werden er 100
paren meer geteld. Deze vooruitgang is te danken aan beschermingsmaatregelen, zo maakte Vogelbe
scherming in Wapenveld bekend bij de start van een landelijke beschermingscampagne voor de Kerkuil.
Het aantal Kerkuilen in Nederland ging jarenlang
dramatisch achteruit. In de jaren '50 leefden hier
nog enkele duizenden paren, na de strenge winter
van 1963 waren er nog maar enkele tientallen pa
ren over. De Kerkuil is deze klap niet te boven ge
komen, de stand kwam in de jaren '70 niet boven
de 600 paren. De winter van 1979 veroorzaakte we
derom een terugval tot onder de 100 paren. Dat de
Kerkuil zich na deze „natuurrampen" niet heeft
kunnen herstellen is te wijten aan ingrijpende ver
anderingen in het landschap. Tegelijk met het ver
dwijnen van kleinschalige gebieden met houtwal
len, ruige bermen en overhoeken verdween de
laatste 30 jaar steeds meer nestgelegenheid en
voedsel in de vorm van muizen.
„Zonder gerichte beschermingsmaatregelen zou
de toekomst van de soort er somber uitzien" aldus
drs E. R. Osieck, bioloog van Vogelbescherming.
„Gelukkig worden op veel plaatsen al nestkasten
geplaatst en worden Kerkuilen de laatste jaren in
strenge winters bijgevoerd". De Kerkuil is deze
winters dan ook redelijk ongeschonden doorgeko
men en in 1988 is de stand zelfs fors toegenomen.
Vogelbescherming looft al jaren een premie van
25,uit voor ieder geslaagd broedgeval van de
Kerkuil. Dit is een blijk van waardering voor de
zorg van boeren en andere beheerders van gebou
wen waar de vogel tot broeden komt. De Kerkuil
is opgenomen in de „Rode Lijst" van bedreigde en
karakteristieke vogels in Nederland, en is één van
de eerste vogels waarvoor Vogelbescherming een
beschermingsplan ontwikkelt. Om de Kerkuil uit
de gevarenzone te halen is het niet voldoende om
de nestgelegenheid en de voedselsituatie op de
boerderij te verbeteren. Vooral moeten kleine
landschapselementen als houtsingels en ruige ber
men worden aangelegd en onderhouden. Het be
schermingsplan voor de Kerkuil wordt later dit
jaar aan de minister van Landbouw en Visserij
aangeboden die het kan overnemen en uitvoeren.
(Persbericht van Vogelbescherming).
Situatie Schouwen-Duiveland
Volgens de avifauna „De vogels van Schou
wen-Duiveland" was de Kerkuil op het eiland in de
dertiger jaren vrij talrijk en zowel op het platte-
MÏriSAfc*
Voorkant kerkuilenfolder van de Nederlandse Vereniging
tot Bescherming van Vogels.
land als in de stad (Zierikzee) - waar de vogel in
de poortgebouwen en de „Dikke Toren" broedde -
een bekende verschijning. Naar schatting bedroeg
het aantal tot in de oorlog, vele tientallen paren.
In de vijftiger en zestiger jaren is de stand sterk te
ruggelopen, kwantitatieve gegevens over deze pe
riode ontbreken echter. Uit 1974 wordt voor het
eerst geen enkel broedgeval meer bekend. Daarna
komt het af en toe tot één of enkele broedgevallen,
maar van een duidelijk herstel is beslist nog geen
sprake!
De achteruitgang was op Schouwen-Duiveland in
6