Langdurige aanwezigheid van Kraanvogels op de Dintelse Gorzen en omgeving Tabel 2: Totaaltelling NW-Europa Kleine Zwaan Groot-Brittannië 4887 Ierland 868 Nederland 5637* België 128 West-Duitsland 70 Polen 46 Totaal 11636** waarvan 1173 in Deltagebied (21% van Nederland, 10% van Totaal) waarvan 16.2% juveniel, goed vergelijkbaar met onze 18.5%. Een goed broedseizoen dus. diger foerageren op landbouwresten. Deze voor keur bleek ook duidelijk tijdens de telling, meer dan 80% van de vogels zat op landbouwresten. Verder is het duidelijk dat het juvenielenpercen- tage van 16.2% voor de gehele populatie niet sterk afweek van de 18.5% die we in het Deltagebied vonden. Misschien wordt er in 1989/90 opnieuw een in ternationale Kleine Zwanentelling georganiseerd, deze tellingen geven snel (al de informatie wordt namelijk doorgebeld naar groot-Brittannië) een goed inzicht in zowel de juvenielenpercentages als de verspreiding van de populatie. We telden op 18 december meer dan 11.500 Kleine Zwanen, de to tale populatie telt momenteel waarschijnlijk 16 a 20.000 exemplaren. Mal Jongenelen Op zaterdagavond 1 april 1989 komt mij via een plaatselijke landbouwer ter ore, dat sinds 27 maart, 7 Kraanvogels pleisteren op enkele akkers in de Drievriendenpolder te Dinteloord. Om 19.30 uur tref ik inderdaad deze statige vogels op de mij genoemde plaats aan! Een eerste vlugge blik, het gaat om 5 volwasse nen en 2 onvolwassen exemplaren. Vrij gemakke lijk nader ik tot op ongeveer 200 meter, volkomen rustig fourageren ze op een braakliggende akker. Af te leiden aan het drukke gepik lijkt er voor hen veel te halen. Om 20.55 uur vliegen de kranen op en in langza me vlucht verdwijnt het groepje over de buitendijk naar het oostelijk deel van de Dintelse Gorzen. Even zacht roepend, ze vallen daar in. Op de ochtend van de 2de april zijn de vogels al om 6.50 uur aanwezig op dezelfde akkers, ook nu weer allerlei eetbaars oppikkend. Hierna zijn de Kraanvogels nog vele dagen te bekijken. Er is een duidelijk ritme waar te nemen in hun dagelijkse bezigheden: Al in de vroege ochtend worden de akkers opge zocht, waarna ze druk gaan fourageren. Dit duurt altijd 2 tot VA uur, daarna volgt een korte vlucht - afstand tot 1 kilometer - naar de oostpunt van de Dintelse Gorzen. In een ondiepe slenk wordt tel kens, meteen na het invallen gedronken. Een half uurtje poetsen de vogels zich waarna ze weer naar de polder terugkeren. Ruim na zonsondergang zoekt men de slaapplaats op, deze functie vervult de eerder genoemde slenk. Bij aankomst op de ak kers wordt steeds even „gedanst"! Met gespreide vleugels en de hoogopgetrokken poten schopbewe- gingen makend, lopen ze als dronkaards rond. Wat hierbij ontbreekt is roepen/geluid... Kraanvogels op akkerFoto: Mat Jongenelen. Op woensdagavond 12 april zie ik naar later blijkt, voor de laatste maal alle 7 exemplaren. Tot en met zondag 16 april 1989 zijn nog slechts 2 vol wassen Kraanvogels aanwezig. Mijn enige andere waarneming van Kraanvogels in het Dinteloordse dateert van 11 mei 1987. 's Morgens fourageren 1 volwassen en 1 onvolwassen individu in de Anna- polder. Toen op een perceel juist opkomende aard appelen... Ook voor deze doorgaans toch schuwe door trekkers, lijkt de rust, wijdsheid en voedselrijk- dom op en rondom de Dintelse Gorzen heel aan trekkelijk te zijn. De braakliggende akkers waarop wordt gefoura- geerd zijn in het najaar van 1988 door grote water overlast niet geoogst. Tonnen aardappelen zijn in de vette klei achtergebleven. Een waar lustoord voor de kranen! Grus grus, het ga jullie goed en tot ziens. 58

Tijdschriftenbank Zeeland

Sterna | 1989 | | pagina 28