Broedende steltkluten in het Krammer-Volkerak Ornithologische waarde Hellegatsplaten Maar het zijn natuurlijk niet allereerst de zeld zaamheden die de huidige ornithologische waarde van de Hellegatsplaten aangeven. Dat doen de grote gezelschappen Brand- en Grauwe Ganzen die winter 1988-89 op het westelijk terreindeel voedsel zochten, de tot enkele duizenden oplopen de aantallen zwemeenden die de seizoenen door het gebied bevolken en de concentraties steltlopers die de platen aandoen. Onder auspiciën van de RIJP tellen Numansdorpse vogelaars de vogels van de Hellegatsplaten volgens een vast program ma. Pas wanneer deze tellingen worden gerubri ceerd en geïnterpreteerd vallen ontwikkelingen af te leiden. In ieder geval was mijn indruk dat in vergelijking met 1987 en 1988 de Hellegatsplaten zomer 1989 aan duidelijk minder mariene steltlo pers onderdak boden. Ook dat was te verwachten. Literatuur LEBRET, T. 1964. Oecologische successie en waterwild concentraties. Ardea 52: 48-92. OUWENEEL, G. L. 1973. Hoogspanningsleiding over de Ventjagersplaat eist veel slachtoffers. Het Vogeljaar 21: 483. OUWENEEL, G. L. 1988. De Hellegatsplaten zomer 1988. Sterna 33: 52-54. WOLFF, W. L. 1969. Distribution of non-breeding wa ders in an estuarine area in relation to the distribution of their food organisms. Ardea 57: 1-28. Foto: Mat Jongeneten. Mat Jongenelen Menig vogelaar heeft een band met een vogelrijk gebied in zijn of haar nabije omgeving, vele bezoe ken en waarnemingen maken dat gevoel alsmaar sterker. Voor mij is het struinen over en langs de buiten dijkse gronden in het Krammer-Volkerak en de Dintelse Gorzen in het bijzonder, een regelmatig terugke rend genot. In de maanden mei, juni en juli van 1989 leverde het bovendien nogal eens pleisterende Steltkluten op! Bij extreme droogte in de normale broedgebie den in Zuid-Europa en Noordwest-Afrika treden trekbewegingen op die soms leiden tot invasieach tige vestigingen in West- en Midden-Europa, noor delijk tot Oost- en West-Duitsland en Engeland. De Steltkluut is in Nederland dan ook een onregel matige broedvogel. (Sovon, 1979). Het is een goed gevoel eens zo'n kleine invasie van dichtbij mee te mogen maken. Het „massale" verschijnen van Steltkluten in het Krammer-Volkerak en omgeving heeft ook mij, afgelopen voorjaar aangenaam verrast! Op maan dag 29 mei 1989 lopen zelfs 8 Steltkluten op de slikkige platen, oostelijk van de Philipsdam. De volgende dag kan ik langs de Philipsdam, op de Slikken van de Heen-West, 5 van deze sierlijke waadvogels bewonderen. Het gaat om 2 duidelijke paartjes en 'n volwassen mannetje, 1 koppel regel matig parend, het vrouwtje van het andere koppel onmiskenbaar broedend op 2 eieren! Het nest ligt op een kleine, natte slik/zandplaat, deze plaat ligt in de brede slenkmonding ter hoogte van kilome- terpaal 2.3. Kieviten en ander gevogelte worden door de broedende vogel fel verjaagd. Op 2 juni zijn er nog 4 exemplaren te zien. De plaat, waarop zich het nest met eieren bevond, staat nu onder water. Steltkluut en eieren zijn ver dwenen.... Langs de pleister- en misschien broedplaats van 82

Tijdschriftenbank Zeeland

Sterna | 1989 | | pagina 20