HlA^HK' JÜ1 Korte bijdragen Overwinterende Grote Sterns Jaarlijks overwinteren kleine aantallen Grote Sterns in het Deltagebied. Met name de omgeving van de Brou- wersdam geniet daarvoor een zekere bekendheid. De herkomst van deze overwinteraars was tot nu toe onbekend. Gedurende het broedseizoen zijn hier altijd vogels te zien uit de nabijgelegen kolonie Hompel- voet/Markenje, maar buiten deze periode trekken er na tuurlijk veel sterns van noordelijker gelegen kolonies langs. Overwinteraars kunnen in principe ook uit deze kolonies afkomstig zijn. Onlangs werd van een van deze overwinteraars ter hoogte van de doorlaatsluis aan de Brouwersdam een ring afgelezen (afgelezen op 9-2-90; geringd 24-5-74 op de Hompelvoet; afstand 9 km). Dit lijkt me een sterke aanwijzing dat de hier overwinterende sterns broedvo- gels zijn van de nabijgelegen kolonie Hompelvoet/Mar- kenje, die omdat ze de omgeving uitstekend kennen zich er ook het beste onder moeilijke omstandigheden kun nen handhaven. Kennelijk slagen sommige exemplaren daar bijzonder goed in, want deze terugmelding betreft de oudste vogel van de ruim 140 teruggemelde exempla ren sinds John Beijersbergen in 1969 op de Hompelvoet Grote Sterns begon te ringen. Overigens blijkt het over winteren ook weer niet zo'n groot sukses te zijn dat het door steeds meer sterns wordt nagevolgd - het aantal waargenomen overwinteraars blijft doorgaans beneden de tien. Je staat er trouwens versteld van dat iemand er in slaagt om een afgesleten, 16 jaar oude, aluminium ring met de kijker/telescoop af te lezen. Petje af, voor G. W. J. van Gooi uit Drunen! Kees de Kraker Meeuw Hoe ver, hoe lang heb je gevlogen wmÊÊSm 'r in door mensenhand gemaakt, prikkeldraad het lange lijden zonder mededogen.... Foto gedicht: Mat Jongenelen. 9

Tijdschriftenbank Zeeland

Sterna | 1990 | | pagina 11