I
Vreemd genoeg hadden we vandaag geen dolfij
nen. Uit eerdere inventarisaties (Camphuysen
Wolf, 1988) valt te concluderen dat deze dieren in
het nu door ons getelde gebied op een aantal wis
selende plaatsen geconcentreerd kunnen zijn. Het
is dan ook in zekere mate een kwestie van treffen
of niet treffen. In ieder geval zwom er wel af en toe
vlak bij de boot een Bruinvis, eenmaal 's middags
en 's avonds tweemaal op zo'n 50 m afstand.
Stormvogeltjes en Vale Stormvogeltjes hebben
we niet gezien, hetgeen overigens niet zo onge
woon is. Om ze zeker te zien moet je noordelijker
wezen. De meest vreemde waarneming van de hele
reis was die van een Porceleinhoen. Deze werd
vanmiddag kortstondig op enkele meters afstand
fladderend waargenomen. Het is makkelijker om
een speld in een hooiberg dan een Porceleinhoen
op de Noordzee te vinden*.
Rariteiten die soms ook op het vasteland van
Europa zeldzaam zijn komen op zee regelmatig
voor. 's Nachts trekkende landvogels, zoals het
Porceleinhoen, zien soms als enige mogelijkheid -
met name als ze de koers kwijt zijn b.v. afgedreven
door de aanhoudende oostenwind - om op een
boot of platform te landen. Zo wordt er bijvoor
beeld weieens een Hop, een Draaihals, een Rans-
of Velduil, een Kleine Vliegenvanger of Bladko
ning waargenomen. Overdag trekkende 'landvo
gels' landen soms ook op een boot of platform om
Foto: Philipp Derks.
wat uit te rusten. Dat gebeurt vooral als ze bij het
oversteken van de zee door slecht weer of opko
mende mist overvallen worden.
Zo'n boot kan dan helemaal onder de spreeu
wen zitten. In het artikel van Kommer Tanis in dit
Sterna-nummer wordt meer over deze 'landvogels'
en hun gedragingen op een boot verteld.
Vrijdag 13 september
We kwamen om ongeveer 10.30 uur met hetzelfde
mooie weer als bij het vertrek in de haven van IJ-
muiden aan. Het was een onovertroffen reis met
fraaie vogel- en zoogdierwaarnemingen. Duidelijk
hebben we gezien dat veel vogels niet zomaar er
gens op zee zitten, maar dat dit ondermeer af
hangt van de plaatselijke voedselsituatie. Opval
lend zijn wat dat betreft de vele Zilvermeeuwen die
je hier bij IJmuiden en langs de overige kust ziet.
Verder op zee zie je die niet zoveel. Op volle zee
zijn het veel meer kleine Mantelmeeuwen of zoals
op onze tocht Grote Mantelmeeuwen, die in
Schotland broeden.
Literatuur
CAMPHUYSEN, C. J. DEN OUDEN, J. E„ 1988. Opmerke-
lijke concentratie jagers Stercorariidae in zeevogelrijk zeegebied
ten oosten van Aberdeen (Schotland), september 1988 Sula 2
(3);91-92.
Ook Kommer Tanis trof deze speld aan in de hooiberg die Noordzee wordt genoemd. (Red.).