Nieuwe kansen voor de Patrijs? Gerard L. Ouweneel Zeeland is of in ieder geval was een patrijzenland. In Nederland staat Zeeuws-Vlaanderen te boek als een van de bolwerken en SOVON (1987) noemt Tholen en Goeree-Overflakkee bij de regio's waar meer dan 100 Patrijzen per atlasblok (5x5 km) kunnen worden gezien. Kun nen of konden? De onderzoekperiode voor de SOVON-atlas liep van oktober 1978 tot en met september 1983. Zowel toen als thans, maar ook voor 1978 bezocht ik Goeree-Overflakkee regelmatig. Nooit zag ik er meer dan 100 Patrijzen op 2500 hectare. Hetgeen overigens wel verklaarbaar is. Want voor Patrijzen moet je, zeker 's zomers, het veld in. Het is geen auto- excursiesoort. Dagboeken Soorten als Patrijs, Veldleeuwerik, Graspieper en Bonte Kraai houden ons bezig. Vroeger achtte je ze zo gewoon dat je volstond met het noteren van de naam in de excursiedagboeken en thans is er de spijt niet uitgebreider te zijn geweest. Hout snijdend vergelijkingsmateriaal ontbreekt daar door en piekerend zit je dagboeken van veertig jaar terug door te bladeren om bevestiging te vin den van het idee dat die soorten - en nog een stel andere - vroeger veel meer voorkwamen. Welnu, voor wat de Patrijs betreft kwam die bevestiging er toch niet helemaal uit. Ook bij de loop- en fiets- exursies rond Rotterdam, naar Oostvoorne en De Beer van de vijftiger jaren was de Patrijs niet iede re tocht vaste prik. Wel lag de waarnemingsfre quentie hoger dan thans. Vanaf ongeveer 1960 gingen de excursies meer Zeeland in en geven de dagboeken meer details. Een excursie naar Noord-Beveland op 23-12-1961 leverde ca. 30 Patrijzen op en hetzelfde doel, maar dan op 31-5-1962, „zeer veel". Tien jaar later was dat al minder. Een op 24-1-1970 gehouden delta- tocht leverde slechts 1 koppel op. Maar bij een veertien dagen later gehouden ganzenexcursie door Noordwest-Brabant werden weer „diverse" koppels opgemerkt. „Veel" Patrijzen zagen we op 8-3-1970 tijdens een excursie naar de Westplaat op Overflakkee. Voor een Westplaatexcursie van 12- 12-1970 vermelden de aantekeningen 20 Patrijzen en een paar weken later, op 2-1-1971, was Noordwest-Brabant goed voor „tientallen" Patrij zen. Nadien moeten mijn dagboeken het zonder aan duidingen als „veel" en „tientallen" doen. Hier- 94

Tijdschriftenbank Zeeland

Sterna | 1992 | | pagina 24