Aanzichtkaart: duinen Kamperland, begin jaren '60.
Geul van Middelplaat
Toen op de zandplaat Neeltje Jans in het kader
van de Oosterscheldekering het damvak Geul werd
aangelegd (1972) ontstond een soortgelijke situatie
als op Noord-Beveland rond 1850: een dijk met er
voor een breed strand. Ook hier vormden zich
spontaan duintjes die echter meteen beplant wer
den en waar een gesloten zeereep van werd ge
maakt. De slufter die er nu gemaakt wordt, had er
in principe ook vanzelf kunnen komen. Een sluf
ter hoort volkomen thuis in het landschap van de
Oosterscheldemonding met z'n zandplaten, brede
stranden, lage duintjes met af en toe een opening
(slufter is afgeleid van sleuf, dus smalle opening in
de duinen).
Het is opmerkelijk dat op dezelfde plaats als de
slufter die nu gemaakt wordt op oude kaarten de
Geul liep die de Middelplaat vanuit het noord
westen aansneed. De Middelplaat was het weste
lijk deel van het Neeltje Jans zandplatencomplex.
De huidige sluftergeul sluit ook aan op een geultje
voor het strand. De nieuw gevormde slufter zou ik
Geul van Middelplaat willen noemen.
Natuurlijk schrik je even van de bulldozers,
maar zeer snel zal de slufter en omgeving er zeer
natuurlijk uitzien. Het kostte geld om de natuur
wat te helpen, maar hoeveel geld is al niet in de
landbouw gepompt. Hier leidt een subsidie echt
tot verrijking. Het is voor mij dan ook onprettig
in de lokale pers te lezen dat in de Gemeenteraad
van Westerschouwen werd gezegd „Mensen die
met dit soort ideeën komen hebben de waters
noodramp niet meegemaakt". Dit soort uitlatin
gen vind ik kwetsend voor de deskundigen die aan
projekten als de slufter werken. Natuurlijk hou
den ze rekening met de veiligheid. De kortste kust
lijn is beslist niet altijd de veiligste, juist het te ver
ingrijpen van de mens leidde tot rampen die dan
ten onrechte natuurramp genoemd werden. Het
zijn dit soort discussies in de politiek die mij van
die politiek vervreemdden.
Schouwen
Tot in de 17e eeuw was er een gat in de noorde
lijke duinen van Schouwen: het Palinxgat (nu Wa
tergat). De ingelanden van de duinpolders van de
Westeren en Oosteren Ban van de Duine loosden
in het voorjaar het overtollige winterwater via het
Palincksdal door het Palinxgat naar zee. In de 17e
eeuw stoof dit gat dicht en na 1683 loosden de
duinbannen naar achteren op de polder Schou
wen.
Aan de kust bij de Haert heeft zich tenslotte in
de 18e eeuw ook vaak een sluftersituatie voorge
daan voor de Schouwse dijk tussen Renesse en
Scharendijke. In de Burgemeesterduintjes zaten
ook gaten waardoor zeewater af en toe naar bin
nen spoelde. De bijzondere plantengroei van de
Zoeten en Zouten Haert is mede te danken aan dit
soms zilte en dan weer zoete verleden.
Frans Beekman
75