Tabel 1. Broedvogels inlagen en karrevelden in 1991 en 1992
1
Gebied
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
Jaar
'91
'92
'91
'92
'91
'92
'91
'921
'912
'92
'91
'922
'91
'92
'91
'92
'91
'92
'91
'92
'91
'92
'91
'92
Knobbelzwaan
1
Bergeend
3-4
0-1
1
19-21
7-8
5-6
6-8
4-6
2
1
3
1
1
1
Smient
2
Krakeend
2
Wilde eend
8-10
24-28
8-10
5-7
4
6
2
2
2
2
Slobeend
3
1
2-3
Kuifeend
2-3
1
17-19
13-15
1-3
Patrijs
2
1
1
Fazant
1
5-6
1
1
1
2
Waterhoen
1
1
1
2
3
Meerkoet
1
1
4-5
4-5
3
2
1
5-6
2
Scholekster
18-24
19-20
5-6
6-7
4-5
11
6
1
Kluut
16
3
3
60
42-43
50
19-20
28
9-11
8
3
12
11
27
31
6
9
8
4-5
1
6
1
Bontbek-
plevier
1
3
3
1
1
1
4
6-8
2
1
Strandplevier
1
3
4
7
1
1
Kievit
8-10
37-41
21-24
43-48
11-12
2
11-15
4
1
2
Grutto
1
2-3
4
25-27
2-3
1
Tureluur
6-7
2
1
26-28
18-22
>7
4-7
2
2
4
11-13
2
1
Kokmeeuw
15-17
385
485
250
2
20
4
7
42
35
120
230
Zilvermeeuw
10
7
2
2
Visdief
1
130
165
50
20-25
6
5
21
32
27
64
Noordse Stern
1
1
1
2
6
6-7
4
Koekoek
1
1
1
Velduil
1
Veldleeuwerik
1
Graspieper
1
1
1
Gele
kwikstaart
2
1
Tapuit
0-1
Kleine
Karekiet
3
2
Ringmus
1
Kneu
1
1
1
Rietgors
1-2
Noten: 1 exclusief Prunje; 2 exclusief karrevelden.
Gebieden: 1 - Westerschouwse Inlagen; 2 - Inlaagje Burghsluis; 3 - Koudekerkse Inlagen; 4 - Flaauwers/Weevers Inlaag Prunje;
5 - Suzanne's Inlaag karreveld; 6 - Cauwers Inlaag karreveld; 7 - Inlaag Havenhoofd Zierikzee karrevelden; 8 - Zuidhoek
Inlagen (behoort bij broedinlagen 91/92); 9 - Inlaag de Val; 10 - Ouwerkerkse Inlagen; 11 - Spuikom Viane; 12 - Inlaag Bruinisse.
enige duizenden paren Visdieven (2) in diverse in
lagen op ons eiland, halverwege de jaren zestig
hoogstens enige honderden
Sinds die tijd herstellen de aantallen zich, doch
de aantallen van voor de jaren vijftig zijn nog lang
niet bereikt. Het is echter hoopvol te kunnen kon
stateren dat in de onderzochte gebieden het aantal
broedparen Visdief steeg van 186 in 1984 tot 243
in 1992.
De Noordse Stern heeft duidelijk meer moeite
met het herstel. Dit is niet zo vreemd als we ons
realiseren dat het Deltagebied de zuidgrens vormt
van het broedgebied van deze soort. In feite is er
op ons eiland nog steeds sprake van achteruitgang
en de aantallen Noordse Sterns zijn tot een beden
kelijk niveau gedaald. Broedden in begin jaren
vijftig (2) nog enige honderden paren op ons ei
land, eind jaren zestig was dit aantal gedaald tot
"vele tientallen". In 1984 vonden we in de onder
zochte gebieden 20 paar, in 1992 is dit aantal in
middels gehalveerd.
Zangvogels
Er zijn een aantal kleine zangvogels die zich in
het open landschap van inlagen en karrevelden
thuis voelen. Met name Veldleeuwerik, Graspieper
en Gele Kwikstaart worden als broedvogel aange
troffen. Het is erg jammer dat geen van deze drie
soorten goed geïnventariseerd wordt. Vaak als ge
volg van tijdsdruk beperkt de inventariseerder zich
tot de beter zichtbare eenden, hoenders, steltlo
pers, meeuwen en sterns.
De laatste jaren bereiken ons steeds meer alar
merende berichten uit den lande over drastische
6