Ganzenbericht goede winter voor de Kolgans. Reeds in november waren er meer dan 1000. De decembertelling lever de 3042 Kolganzen op (vergelijkbaar met dec. '85 met 3061 en dec. '87 met 3155 ex.). De Slikken van Flakkee, de Nieuww Oostdijk en de polders ten noorden van Oude-Tonge waren de belangrijkste pleisterplaatsen. Voor de maanden januari (6871 ex.) en februari (5918 ex.) zijn uit de laatste 12 winters geen verge lijkbare aantallen te vinden. In januari '85 waren de 4775 Kolganzen al uitzonderlijk hoog. De Zui delijke Slikken met aangrenzende polders tussen Melissant en Herkingen herbergden 3700 ex. Ruim 3000 waren te vinden in de Oude en Nieuwe Oost- dijk, de Adrianapolder en polder Oud-Westerloo, dus de omstreken van Goedereede en Stellendam. Ook in februari werden op de Zuidelijke Slikken 3700 Kolganzen geteld. In de Oude Oostdijk 1700. In maart waren de meeste Kolganzen weer vertrok ken, alhoewel ook toen de twee voornoemde ge bieden ieder nog 350 ex. opleverden. In Nederland is de Kolgans de best vertegenwoordigde gans met 465.000 ex. (Limosa, winter '89/'90). Gemiddeld genomen was het een behoorlijke winter voor de Grauwe Gans. In december telden we voor het tweede achtereenvolgende jaar meer dan 4700 Grauwe Ganzen. Januari bracht bijna 4700 ex. en dat was het hoogste aantal tijdens de laatste twaalf januaritellingen. Vooral in deze maand viel weer op dat de Grauwe Gans over het hele eiland verspreid voorkomt, want deze soort kwamen we tegen in 35 van de 70 getelde gebieden. In februari viel het meest op, dat 1300 (bijna de helft van het maandtotaal) Grauwe Ganzen te vin den waren in de Oude Oostdijk. Totaal aantal Grauwe Ganzen overwinterend in Nederland: 80.000. In de loop der jaren is gebleken dat we hoge ver wachtingen mogen hebben van de Brandgans op Goeree-Overflakkee. Op de meeste dagen (telda gen) viel het aantal enigszins tegen. Een uitzonde ring vormde de maand december toen meer dan 22.000 Brandganzen op Goeree-Overflakkee ge teld werden. Alleen in december '85 werden ooit nog iets meer Brandganzen geteld (23.224). De grootste groepen bevonden zich weer op de traditionele plaatsen: de Zuidelijke Slikken (in de cember 9300), de grasgorzen langs het Zuiderdiep (6200 in november), de gorzen bij Stad a/'t Ha ringvliet (in december 3735) en de gorzen bij Den Bommel, de Koudenhoek (2500 in december), de Menheerse Plaat (2000 in februari) en de Oude Oostdijk (900 in februari). Totaal aantal Brand ganzen in Nederland: 108.000. In januari werden de meeste Rotganzen aange- Onderdruk: Brandganzen. Foto: Henk Harmsen. Nederland neemt in de trekroute van diverse ganzensoorten een belangrijke positie in. Mede om deze reden voert de Nederlandse overheid een beleid dat is gericht op de bescherming van de in ons land overwinterende en pleisterende ganzen- populaties. Mede als gevolg van beschermings maatregelen is het aantal ganzen in de jaren tach tig opgelopen tot ±600.000 overwinterende exemplaren in Nederland, dit is meer dan de helft van het totaal van één miljoen ganzen dat in West Europa overwintert. De toename van het aantal ganzen heeft ook de mogelijkheden tot bejaging vergroot. Geconstateerd kan worden dat er op meer plaatsen op ganzen wordt gejaagd en dat er meer ganzen geschoten worden. De jacht is ge opend van 1 september tot 31 januari daaropvol gend van een half uur voor zonsopkomst tot 10.00 uur in de morgen. Sinds 7 juli 1988 is het jagen met levende lokganzen verboden. De bejaagbare ganzensoorten zijn: Kol-, Riet- en Grauwe ganzen. Geschat wordt dat 50 tot 80.000 dieren jaarlijks worden afgeschoten, waarvan de Kolgans het leeu- wedeel vormt. Op Goeree-Overflakkee vond 10 a 15 jaar gele den geen of nauwelijks ganzenjacht plaats. De laatste 5 jaren bestaat de indruk dat de ganzen- jacht toeneemt. Daar de Vogelwerkgroep geen en kel inzicht heeft in bejaging en afschot van ganzen op Goeree-Overflakkee werd een enquêteformu lier onder de leden verspreid. Hierop kon men aangeven of er in hun telgebieden ganzenjacht plaatsvond, tevens hoeveel keren per maand er ge jaagd werd, al dan niet vanuit een schuilhut en of er op ganzenteldagen jacht was. Helaas is niet door iedereen het formulier ingeleverd (zie kaart je). Resultaat 18 telgebieden: geen gegevens ontvangen 53 telgebieden: er vond geen jacht plaats 10 telgebieden: er vond wel jacht plaats 46

Tijdschriftenbank Zeeland

Sterna | 1993 | | pagina 16