De ongewervelde dieren in het Volkerak-Zoommeer Figuur 6. De Aasgarnaal. Foto S. Langeweg. Joart van der Velden, Edith van Dam Egbert van Nes Wie bereid is om met zijn knieën in het water te gaan zitten of een schepnet door het water te halen, zal verwonderd zijn van de activiteit en aantallen van kleine, maar met het blote oog goed zichtbare, ongewervelde dieren. Samen met dierlijk plankton (zoöplankton) vormen zij een onmisbare schakel in het voedselweb. Het is namelijk de grootste groep dieren die van al gen en dood organisch materiaal leven, en zelf weer het voedsel vormen voor verschillende soorten vogels en vissen. Omdat bij het verteren van voedsel altijd veel energie verloren gaat, is de produktie (en het to taalgewicht) van ongewervelde dieren vele malen groter dan die van hun predatoren. In het Volkerak-Zoommeer is het totaalgewicht van zoö plankton en bodemfauna daarom vele malen gro ter dan van alle vissen en carnivore watervogels. Het is dus niet verwonderlijk dat het krioelt van de kleine diertjes in het Volkerak-Zoommeer. De afsluiting en de overgang van zout naar zoet De afsluiting van het Volkerak-Zoommeer en de daarmee gepaard gaande verzoeting had voor de ongewervelde dieren verstrekkende gevolgen. Na de afsluiting in 1987 nam de zoutconcentra- tie in het Volkerak-Zoommeer snel af, doordat het meer met water uit het Hollandsch Diep werd doorgespoeld. Dit werd gedaan om te voorkomen dat in grote delen van het meer een onderste laag 102

Tijdschriftenbank Zeeland

Sterna | 1993 | | pagina 48