Afgelopen winter weinig Blauwe Kiekendieven
in het noordelijk Deltagebied?
Gerard L. OuweneeI
Na afloop van winter 1993-94 had ik het idee in het Noordelijk Deltagebied maar weinig
Blauwe Kiekendieven te hebben gezien. Door het totale aantal waargenomen Blauwe Kieken
dieven in het tijdvak 1 september 1993 tot en met 31 maart 1994 (28 exemplaren) te projecteren
op het aantal ondernomen excursies, kwam ik op een gemiddelde van 0.7 vogels per excursie.
Omdat zolang ik al naar vogels kijk, aantal, plaats en datum van waargenomen soorten
(roof)vogels bijhoud, kon ik voor het Noordelijk Deltagebied die projectie over een redelijk
lange termijn uitvoeren. Uit die blauwe kiekendiefcurve bleek dat winter 1993-94 inderdaad
mager uit de bus kwam, in feite de slechtste sinds 1972-73 die 0.6 vogels per excursie scoorde.
Waarde van de curve
Een overdreven waarde moeten we aan zo'n curve
niet toekennen. Weliswaar plegen de excursies
doorgaans langs gelijke trajecten te leiden, met
daarin aantrekkelijke blauwe kiekendiefbiotopen,
maar dan nog. Want natuurlijk kan de vogelaar
met succes, gericht op bepaalde soorten uitgaan.
En stel dat zulks het geval is ten aanzien van de
Blauwe Kiekendief, dan is de waarnemingskans
bepaald groot. Denkbaar is - en dat is in die kleine
dertig jaar die de curve bestrijkt ook wel gebeurd-
dat in een bepaald winterhalfjaar een paar late
middagexcursies naar de Korendijksche Slikken
worden ondernomen, waar zich een kleine slaap
plaats van Blauwe Kiekendieven bevindt. Dan zien
we binnen een half uur vier of vijf vogels binnen
komen, een leuke bijdrage aan het seizoengemid
delde.
Wanneer we nu de curve langsgaan zien we dat
de Blauwe Kiekendief in het Noordelijk Deltage
bied vanaf 1972-73 een hoger excursiegemiddelde
gaat krijgen. In die tijd komen de Noordwest-
europese roofvogels uit het dal waarin ze tijdens
de pestcideperiode 1955-70 waren beland. Speci
fiek voor ons gebied geldt dat in die jaren als ge
volg van de grote zeegatsluitingen, uitgestrekte
buitendijkse terreinen definitief droogvielen,
waarop voor de soort aantrekkelijke overwinte
ringsbiotopen ontstonden. We zien dan dat met
2.0 stuks per excursie (84 waargenomen Blauwe
Kiekendieven), 1978-79 het hoogst scoort. Niet
verwonderlijk want de SOVON-Atlas vermeldt dat
die lange koude winter ongekend veel Blauwe Kie-
74