Op stap
Hong Kong
met Gerard Ouweneel
Zeeland is een steltloperland. Met wat inspan
ning en geluk kunnen we vogelaars in Zeeland
eind-augustus op één dagzo'n vijfentwintig steltlo
pers bewonderen. Om deze ervaring elders op te
doen.zullenze ver moeten reizen. Die plaatsen zijn
er wel. Eén ervan is Hong Kong. Dat verbaast. Want
bij Hong Kong denken we niet direct aan vele soor
ten steltlopers. Wel aan overvloedig publiek. Maar
veel mensen en veel vogels kunnen samengaan.
Dat zien we ook in Zeeland. Die steltlopers zitten
niet in Hong Kong City, een woud van futuristische
wolkenkrabbers, waarboven Zwarte Wouwen cir-
celen. Tussen deze miraculeuze, zich tot enkele
honderden meters in het zwerk borende bouwsel
wriemelen een paar miljoen mensen en hun voer
tuigen, waaronderfossiele trammetjes enLeyland-
dubbeldekbussen. Het zesde punt van het in dit
zeer britse openbaar vervoer aangebrachte regle
ment luidt: "During typhoons all windows must re
main opened".
Het Hong Kongse vogel- en vogelaarsmekka
zijn de Mai-Po moerassen. Deze liggen in de New
Territories, tegen de grens met de Volksrepubliek
China. Uit de door vogels succesvolle beheerswij-
ze,gericht op het scheppen van een veelzijdige bio
toop. blijkt dat in Mai-Po de britse expatriates veel
in de melk te brokkelen hebben, waarbij ook ge
dacht is aan vogelaars. Want uitvoering aantal en
opstelling van de in Mai-Po aanwezige waarne
mingshutten, bevestigen ons wederom dat Neder
land op dit gebied een ontwikkelingsland is. Vanuit
deze hutten viel ons veel vogelgenot ten deel waar
onder, de eerste ochtend al.Lepelbekstrandlopers,
Gevlekte Groenpootruiters en Aziatische Grijze
Snippen. Een hele opluchting want wij ontveins
den ons niet vooral naar Hong Kong te zijn gereisd
voor deze drie steltlopersoorten. Trouwens, dat
bleek voor alle vogelaars te gelden. En dat waren er
heel wat.
Onderkomen leverde het Peter Scott Field Stu
dies Council. Pal ernaast ligt een kamp met krijgs
haftige Gurkhas, die geacht worden de Chinezen
van de Volksrepubliek buiten het Verenigd Ko
ningrijk te houden. Tevergeefs, ondanks dat die
Gurkhas niet kinderachtig optreden, getuige het
geluid van handvuurwapens dat we soms
's nachts beluisterden.
Ons onderdak was net geopend. Een paar tame
lijk essentiële zaken functioneerden nog niet zo
goed.Tijdens regen vulde het dagverblijf zich met
uit een stopcontact stromend water. En het regen
de veel. Eens begonnen 's nachts om vier uur zon
der aanwijsbare reden, de brandalarmschellen te
rinkelen. Die functioneerden wèl goed. Gestoken
in haastig geïmproviseerd tenue dromden wij
samen voor een van lichtjes, knopjes en Chineese
tekens voorzien paneel. Hoewel in het Chinees on
getwijfeld veel knaps geschreven is, vermochten
wij het alarm niet tot zwijgen te brengen.
De brandweer werd gebeld die, drie kwartier later,
toen ieder volslagen verdoofd was, kwam aanra
zen, vergezeld van politie en een ambulance.
De brandweerlieden drongen driftig het pand bin
nen om hun onmiskenbaar aanwezige blusdrang te
bevredigen. Met moeite kregen wij ze het gebouw
tje uit. Door een door ons veronachtzaamde hef
boom om te zetten, werd het alarm gestopt. Toen
reed de karavaan weg.
Net in bed begon het alarm weer. Het werd Dirk
toen te machtig. Hij stopte net zo lang proppen pa
pier en flarden textiel in de drie schellen tot ze ver
stomd waren tot een amechtig gereutel, hetgeen ze
nog dagen ten beste hebben gegeven.
Het begon al te lichten en van slapen zou niets
meer komen. Dirk en Gerard Steinhaus gingen
Mai-Po in. Speurend naar vogels zagen ze tussen
geheimzinnig bewegende twijgen zwart haar. "Een
Hair-crested Drongo" siste de één, doelend op een
in Hong Kong voorkomende zwarte vogel met op
de kop opstaande veren. Maar uit het struikje stort
ten zich twee drijfnatte Chinezen die,kennelijk net
illegaal Hong Kong binnen, het op een lopen zetten
de New Territories in.
Later bij het aanhoren van het verhaal, vroeg
Menno, altijd in voor wat deining: "Wat hebben jul
lie toen gedaan?" "Gewoon verdergegaan met vo
gelen. N atuurlijk, wat anders?
34