voorkomen. Hoewel begroeiingen met bessen wier
op veel plaatsen in de Grevelingen te vinden zijn, is
slechts een beperkt deel daarvan geschikt voor Le
pelaars. De ondergrond moet vlak zijn (grind, geen
stortstenen) en niet dieper dan max. 30 cm. De
zuidoever van de Hompelvoet vormt voor een
groot deel een geschikt biotoop. In 1994 werd dit
gebied tussen 22 mei en 23 juni bezocht door 1-3
(max. 5) en in 1995 tussen 19 april en 13 juni vrijwel
dagelijks (behalve in april) 1-9 (max. 12) exempla
ren. De toename van het aantal foeragerende vo
gels en de verlenging van de foerageerperiode in
1995 ten opzichte van 1994, zal veroorzaakt zijn
door groei van de kolonie op Voorne (van 64 naar
ruim 80 paar) en door de vogels opgebouwde erva
ring in het voorafgaande jaar. Overigens kan het
aantal vogels dat hier werkelijk foerageerde nog
hoger liggen, want in de broedtijd foerageren de
vrouwtjes overdag en de mannetjes 's nachts, een
gegeven dat mij onbekend was.
Men vermoedt dat de foerageergebieden van
mannetjes en vrouwtjes niet dezelfde zijn. Waar
schijnlijk foerageren de mannelijke Lepelaars van
de kolonie op Voorne meer in zilte gebieden, zoals
de Kwade Hoek en de Grevelingen, dan de vrouw
tjes. Men maakt dit op uit het bij aankomst direkt
gaan drinken van zoet water en de vertrek- en aan
komstrichting 's avonds en 's morgens. Iets om uit te
zoeken voor de Vogelwerkgroepen? Op de Hom
pelvoet zagen we Lepelaars zowel overdag als
's avonds, 's morgens vroeg en incidenteel ook
's nachts. Blijkbaar is er hier geen sprake van een
verschillend gebruik door beide seksen.
Waarschijnlijk door de predatiedruk van de Le
pelaars op de steurgarnalen namen de aantallen
hiervan op de Hompelvoet in de loop van het sei
zoen sneller af dan gewoonlijk, zodat de voedselsi
tuatie voor jonge Middelste Zaagbekken die voor
een deel ook op steurgarnalen zijn aangewezen
(vanaf eind juni) minder gunstig was. Ook mensen
bleken, soms vrij grootschalig, het bessenwier af te
stropen op steurgarnalen en (zachte) krabben, die
voor eigen consumptie en als aas voor zeevisserij
gebruikt werden. Langs de dijk bij Markenje trof
fen we herhaaldelijk lieden die hiermee bezig
waren.
Nachtelijk foerageren
Buiten de broedtijd, waarin de vrouwtjes over
dag foerageren, zoeken de Lepelaars vooral
'snachts naar voedsel. Dit heeft met name het voor
deel dat de vogel door de prooidieren niet zo snel
wordt opgemerkt. Zeker in een gebied met buiten
gewoon helder water als de Grevelingen zal het
foerageersukses in het naseizoen waarin Brakwa
tergrondels de belangrijkste prooi diersoort vor-
Lepelaarfoeragerend in brakwatervegetatie. Tekening
Kees de Kraker.
men,'s nachts aanmerkelijk hoger liggen dan over
dag. In tegenstelling tot de steurgarnalen die in
dichte donkere wierbegroeiingen leven, komen de
grondels veel in open gebied voor. De groepen Le
pelaars die overdag worden waargenomen, bij
voorbeeld op de Ventjagersplaten, bij het Kiekgat
of op de Kleine Stampersplaat gebruiken deze ge
bieden veelal als rustplaats.'s Nachts vertrekken ze
21