Korte Bijdragen Een koekoeksjong in een winterkoningnest N.D. van Swelm. De Broedvogels van het Noordelijk Deltagebied 1991. Stichting Ornithologisch Station Oost- voorne. Ministerie LNV, Directie Zuidwest, Dordrecht. G. L Ouweneel Zomer 1996 bevond zich tussen de Kokmeeuwen rond de snackbar "De Ventj ager" vaak een Zwartkopmeeuw die bedelde om frites. De snackbar staat op de parkeerplaats bij de afslag Ooltgensplaat. Foto: Gerard Ouweneel. pelaars in een van de veertig terreinen. De auteur van 'Broedvogels Noordelijk Deltagebied 1991' verricht met zijn moitoringwerk een bij zonder nuttig karwei. Hopelijk is er gelegenheid tot continuering en vindt hij genoeg vrij willigers ter assistentie. Het rapport kan onder vermelding van titel besteld worden bij: Ministerie LNV,regiodirectie Zuidwest, Afdeling Natuur Postbus 1167 3300 BD Dordrecht. Voor het rapport zal een vergoeding gevraagd worden waarvan de hoogte momenteel niet bekend is. De heer en mevrouw Pool - Deltaweg 6, Haamstede - konden vanuit hun huiskamer een bijzondere gebeurte nis volgen. Winterkoninkjes hadden hun nest gebouwd in een dichte massa takjes van een oude clematis op zo'n drie meter afstand van het vensterraam. Mevrouw Pool had eens voorzichtig de bolvormige woning gecontro leerd en voelde dat er eitjes in lagen. Een kleine 14 dagen later zag ze eitjes uit het nest vallen. Deze bleken bijna op uitkomen te staan. In het nest was de vleugel van een vo geltje zichtbaar, naar laler bleek moet dat het koekoeks jong geweest zijn. Voor de Winterkoninkjes brak een drukke tijd aan en de jonge Koekoek groeide als kool en zelfs het nest uit. Op het plaveisel, enigszins verscholen achter een schutting en een Judaspenning werd het jong verder gevoerd (zie foto). Later is het jong verder de tuin ingehipt, waar het onder voortdurend schril gepiep nog lange tijd gevoerd is. Naast het feit dat het een buitenkansje is om zo vanuit je woning het opgroeien van een Koekoek te kunnen vol gen (al had de familie Pool daar wel gemengde gevoelens bijis het in dit geval extra bijzonder omdat de waardvo- gel een Winterkoninkje was. Het Winterkoninkje wordt in de literatuur niet vaak als waardvogel genoemd. Jan- Willem Vergeer vermeldt het Winterkoninkje in "Broed vogels van Zeeland "(1994), in een rijtje met soorten waarbij het waardvogelschap een enkele keer is vastge steld. Je vraagt je wel af: hoe heeft dat kockockswijfje haar ei in dat vrijwel gesloten bolvormige nest gekregen, dat bovendien diep in een zeer dichte takkenmassa was ver borgen'? Volgens C. Harrison in "Elseviers broedvogel- gids", klampt het vrouwtje zich aan het nest vast en legt haar ei ter plaatse. Ik heb elders wel gelezen, dat het vrouwtje ook een van tevoren gelegd ei met haar snavel in het nest kan deponeren. Zo zag ik vorig jaar bij de vogel- wachterswoning op de Hompelvoet een Koekoek op de omheining met een ei in haar bek. In de tuin broeden al tijd Graspiepers en daar was het om te doen. Toen ze mij voor het raam zag, slikte ze het ei echter in. Onduidelijk bleef of het haar eigen ei was, of dat ze dat elders had weg genomen (de Graspiepers in de tuin hadden al kleine jon gen). Het blijven mysterieuze vogels. Foto:Mw. Pool. Kees de Kraker

Tijdschriftenbank Zeeland

Sterna | 1996 | | pagina 25