Op stap
"Mijn verschoningen
met Gerard Ouweneel
De rotskust van Cape Clear. Foto:Kees de Kraker.
"It is still summer, but the.days are getting perceptibly shorter and the weather a little cooler.
Before August is over there will be a suggestion that a fire would be comfortable after dinner".
Deze zin van Edward Grey, uit zijn aardige boekje "The Charm of Birds", bracht mijn Ierse
vriend Peter tot opwinding: "Gerard,zie je het voor je Lord Grey gaat eind-augustus op een na
middag wat rondkuieren over landgoed Fallodon. Bij terugkeer treedt zijn butler hem tegemoet
om het diner door te nemen, waarbij zijn heer de suggestie krijgt het glaasje port te gebruiken bij
een ontstoken haardvuur. Wat een leven
Peters' beschouwing over het vogelaarsbestaan
in het Edwardiaanse tijdperk had plaats op Cape
Clear, het Ierse zeevogelmekka, waar butlers ont
breken om terugkerende vogelaars te onthalen op
aangename voorstellen. Pubs zijn er overigens
ruimschoots. Maar zo'n butler zou veel om handen
hebben. Want zeevogels kijken op Cape Clear is
wat anders dan roodborstjes op Fallodon. Wil de
zeevogelfanaat op Cape Clear de grote en noordse
pijlen, genten en stormvogeltjes binnen aange
naam prismabereik krijgen, dan zal hij zich naar
Blananarragaun moeten begeven. Waarbij "zich
begeven" een understatement is.Toen ik, beladen
met rugzak, telescoop, foto-uitrusting en nog wat
accessoires aan de tocht langs de klifwand bezig
was, kreeg ik de gewaarwording dat de klauterpar-
tijen langs de kliffen van Skokholm en Runde in
middels lang geleden plaatsgevonden moesten
hebben. En het tempo dat de Blananarragaungan-
gers aanhielden Ingegeven door de wens eerste te
zijn. Omdat in de nazomer veel zeevogelaars op die
barre klifpunt begeren te zitten, en er slechts een
paar iets minder ongeriefelijke plaatsen beschik
baar zijn. "Those louzy birds again" hoorde ik
tijdens zo'n zware Atlantische bui een belendend
vogelaar mompelen, schuilend onder wat wappe
rend, volstrekt ondoelmatig plastic. De man zag er
uit alsof hij zijn hele leven op dit klif had doorge
bracht. Ik moest toen denken aan wijlen Jur,
die tijdens zo'n klauterpartij langs door regen
57