Schouw en-Duiv eland
Schouwse planologische ontwikkelingen in 1996
Gert-Jan Buth
Eén van de nevenaktiviteiten van de Natuur- en Vogelwacht is het kritisch volgen van het
ruimtelijke ordeningsbeleid van de Schouwse gemeenten. Als het gaat om omvangrijke ontwik
kelingen is in veel gevallen de Vogelwacht, al of niet met de Zeeuwse Milieufederatie, betrokken
bij het vooroverleg daarover. Indien het desbetreffende plan uiteindelijk toch nog erg nadelig
voor natuur en landschap is, dan besluit het Vogelwacht-bestuur meestal een bezwaarschrift in
te dienen. Het afgelopen jaar hebben weer een aantal bezwaarprocedures gespeeld. Hieronder
volgt een overzicht van deze voor de meeste natuurliefhebbers taaie en vervelende stof.
Grote winsten
Het is zeker niet zo dat de Vogelwacht bij haar
planologische aktiviteiten alleen maar kommer en
kwel constateert, of als een conservatieve groep
overal tegen is. Na jarenlange bemoeienis van de
natuurbescherming met de ruimtelijke ontwikke
lingen op Schouwen-Duiveland is thans de situatie
dat er op verschillende fronten grootschalig 'ge
oogst' kan worden. In het bijzonder gaat het dan
om de omvangrijke natuurwinsten waarmee de
landinrichtingsprojekten Schouwen-Oost (plan
Tureluur) en Schouwen-West gepaard zullen gaan.
Voor Schouwen-Oost is reeds een ruilverkave
lingscommissie, met hierin twee natuur-commis-
sieleden.aan het werk en heeft de provincie afgelo
pen zomer een fraai natuurontwikkelingsplan
uitgebracht. Voor Schouwen-West zal waarschijn
lijk in 1997 een ruilverkavelingscommisie inge
steld worden.
Wat ook winst is, is dat in toenemende mate de
natuurbescherming vooroverleg pleegt en geza-
melijk optrekt met de rekreatie-sector. En er is dan
ook, naar goed Nederlands gebruik, afgelopen
zomer een convenant tussen deze twee sectoren
gesloten voor een intensieve samenwerking. Een
risico dat natuurlijk bij die overlegstrukluren ont
staat is datje als Vogelwacht in het grote grijze ge
bied van compromissen sluiten en consensusmo
dellen te veel water in de wijn gaat doen. In het
algemeen is toch echter de indruk dat meer te be
reiken valt middels overlegstrukturen dan alleen
maar te werken met bezwaarschriften en juridi
sche akties.
Moeilijke keuzen
Dat neemt niet weg dat er in 1996 toch weer veel
tijd gestoken is in bezwaarprocedures. Bij de recht
zaak over onze bezwaren tegen het zomerhuizen-
projekt De Soeten Haerd bij Renesse heeft de Vo
gelwacht voor het eerst in haar bestaan besloten
tussentijds in te stemmen met een elders te treffen
compensatie voor het verlies aan natuurwaarden.
Bij dit lastige besluit speelden verschillende facto
ren mee, zoals de grote kans op het niet overeind
blijven van de voor de natuur gunstige uitspraak
van de rechter bij de volgende j uridische ronde, en
het feit dat de bouwlokatie naderhand in het kader
van de herinrichting van Schouwen-West toch voor
verblijfsrekreatie bestemd is. Zoals bekend zal de
projektontwikkelaar elders in het Rampwegge-
bied de aankoop van 6 ha bouwland en de omvor
ming hiervan tot natuurgebied financieren, even
als infopanelen over de Zouten en Zoeten Haard.
De bezwaren van de Vogelwacht tegen de wind
molens bij Dreischor heeft ook veel discussie in het
bestuur te weeg gebracht. In dit geval was helaas
voor het eerst sprake van een meningsverschil tus
sen enerzijds de Vogelwacht en Stad en Lande en
anderzijds de Zeeuwse Milieufederatie. Een meer
derheid van het Vogelwachtbestuur is nog steeds
niet gelukkig met de molens bij Dreischor. De ar
gumenten voor en tegen zijn breeduit in de kranten
verschenen. Als uitvloeisel van deze zaak heeft de
Vogelwacht middels een open brief de Schouwse
gemeenten en Gedeputeerde Staten van Zeeland
verzocht eerst een algemene visie voor windmo
lens op Schouwen-Duiveland uit te werken. In het
algemeen hebben de bestuurders hier positief op
gereageerd en is het plaatsingsbeleid opgeschort
totdat de nieuwe gemeente Schouwen-Duiveland
draait. Tegen de windmolens bij Dreischor loopt
nog een bodemprocedure. Dit met de bedoeling
om met een gerechtelijke uitspraak meer duide
lijkheid te verkrijgen over de erg breed gestelde
provinciale richtlijnen voor het plaatsen van wind
molens en de vage toetsingscriteria die hieraan ten
grondslag liggen.
Minder moeilijk was het om te besluiten be
zwaarschriften tegen de bouw van een flatgebouw
bij Aquadelta te Bruinisse in te dienen. Volgens de
102