Vogel van het jaar op Goeree-Overflakkee in 1996: de
Patrijs
Dick Wilbrink
Nu we terugkijken op het jaar van de Patrijs kan de Vogelwerkgroep niet anders dan tevreden
zijn. Meer mensen dan we gedacht hadden vonden het blijkbaar een aardig initiatief en lieten dat
blijken door"hun" Patrijzen te melden.
De eerste maanden van 1996
Alleen al in januari en februari gaven 26 mensen
hun waarnemingen door, waarbij in totaal op 63
plaatsen koppels Patrijzen werden gezien. Een
prettige bijkomstigheid was het laagje sneeuw,
waardoor onze uitgekozen soort meer opviel bij de
dagelijkse bezigheid om op schijnbaar lege akkers
zijn kostje bij elkaar te scharrelen.
Het was wel zaak om eventueel dubbel opgege
ven koppels aan het lichtte brengen. Een moeilijke
zaak, omdat Patrijzen weliswaar een eigen gebied
hebben, maar al lopend zich kleine stukjes ver
plaatsen. Als ze op de vleugels gaan (meestal opge
schrikt) gaan ze toch niet al te ver, want vliegen is
niet hun sterkste punt. Alle gegevens van januari en
februari werden op een kaartje van Goeree-Over-
flakkee ingetekend. Er bleken inderdaad enkele
koppels op exact dezelfde plaats gezien te zijn,
maar op een andere datum en door andere mensen.
Een leuk gegeven die plaatsvastheid.
Witte plekken
Na het intekenen van het kaartje viel op dat Pa
trijzen over het hele eiland konden worden waar
genomen Maar toch moesten we vaststellen dat er
enkele witte plekken op de kaart te zien waren. Uit
de omgeving van Ouddorp en het gebied ten noor
den en oosten van Middelharnis was niet één mel
ding binnen gekomen.Toch werden ook daar later
in het jaar Patrijzen gezien en doorgegeven. Voor
Ouddorp en omgeving waren dat vooral broed-
gegevens en voor Middelharnis vooral gegevens
uit het najaar.
We durven er wel van uit te gaan dan in januari en
februari minstens 60 koppels Patrijzen op Goeree-
Overflakkee gezien werden. De gemiddelde groot
te van de groepen bedroeg 5ex. Dat zou betekenen
dat rond 300 Patrijzen op het eiland aanwezig
waren. Dit verklaart meteen het feit dat diverse
mensen lieten weten meer Patrijzen te zien dan de
jaren ervoor. Enkele mooie, droge lentes hebben
een gunstig effect op het Patrijzenbestand gehad.
Het broedseizoen
Heel scherp konden we afbakenen op welk tijd
stip de paartjes gevormd waren, want vanaf 17 fe
bruari werden ineens, op een enkele uitzonde
ring na, alleen nog maar Patrijzen in tweetallen ge
meld. Om te proberen tot een schatting te komen
van het aantal broedgevallen was een tweede
kaartje nodig. Alle koppels van half februari tot
eind mei werden ingetekend. Meteen werden de
paartjes die op dezelfde plaats werden gezien, dui
delijk zichtbaar en slechts 1 keer op de kaart gezet.
Dit alles levert het volgende duidelijke beeld op.
De grootste dichtheid van Patrijzen is rond Dirks-
Iand, Melissant, Herkingen en Nieuwe Tonge.
Blijkbaar een gebied met voldoende beschutting
langs wegen, dijken en akkers om ongestoord te
kunnen broeden. Ook rond Stellendam en Oud
dorp werd een tiental broedgevallen geconsta
teerd. Eén van onze waarnemers gaf daarbij door
dat hij de baltsroep had gehoord. Een ander, aardi
ge bijzonderheid was dat 3 paartjes Patrijzen wer
den gezien, tijdens de weidevogelbeschermings
werkzaamheden in de Oude Oostdijk. Een ander
waarnemer gaf voor dezelfde plaats ook 3 paartjes
op! Op het kaartje kwamen dus 3 broedgevallen te
staan. Uiteindelijk leverde dat 60 plaatsen met
waarschijnlijke broedgevallen op. We mogen ver
onderstellen dat dit aantal nog hoger was, omdat
van Oostflakkee en het gebied ten noorden van
Middelharnis weinig tot geen gegevens van deze
periode bekend zijn.
De rest van het jaar
In juni en juli werden weinig Patrijzen doorgege
venMaar in die periode werden wel de eerste groe
pen met jongen gezien. Aan de Oostdijkhaven van
Dirksland 15 prachtige ("beeldschoon" vond de
waarneemster) pulli,aan de VroonwegtussenMid
delharnis en Nieuwe Tonge 6 en bij de Philipsdam
10. In augustus werden al weer 14 groepen gemeld
veelal met jongen en steeds werd aangegeven hoe
fraai die wel waren.Tijdens de laatste maanden van
het jaar werden regelmatig groepen doorgegeven
(46 keer). Soms met zeer veel ex. tegelijk. Niet zo
vreemd als men bedenkt dat Patrijzen-gezinnen
lang bij elkaar blijven en als door een of andere
reden een van de ouders wegvalt dan zoeken de
jongen een andere groep. Groepen van 15, 16
12