a1
Op stap
Bos
met Gerard Ouweneel
Natuur is per definitie bos. Dat is de overheersende mening in burelen van beleidsbedenkers.
Dus hebben planologen ergens ruimte voor aanleg van een stuk natuur, dan volgt aanplant van
bos. Zie Polder Klinkerland. Polder Zuiderland en Polder Den Bommel op Overflakkee. Zie de
Eendragtspolder in de Hoeksche Waard. Omdat over vijfentwintig jaar iedere polder zijn stuk
natuur.zijn bos gekregenzal hebben,is de Delta dan een park. Hetgeen mij weinig aanstaat, want
eigenlijk heb ik een afkeer van bos. Dat is altijd zo geweest.
Vanaf mijn dertiende kijk ik naar vogels. Begon
ik mij ook te bemoeien met de keuze van vacantie-
bestemmingen.want datmoesten vogelrijke plaat
sen zijn. Meestal ging het naar de Waddeneilanden.
Tot een jaar dat mijn vader zijn vacantie begeerde
door te brengen in bossen.Toen al wist ik dat om
veel vogels te zien. men niet in hel Nederlandse
woud moet zijn,zeker niet injuli. Maar de tijden dat
kinderen het gezinsgebeuren regisseren, moesten
nog aanbreken. Dus het gezin reisde af naar een
pension in Zeddam. Wanneer ik thans in het fami
liealbum foto's bekijk van dat uitstapje, zie ik mij
zelf onwillig voor de fotograaf poseren. Een weer
barstige puber met een lijf vol onheilspellende
moeilijkheden die er uit willen. Om verzekerd te
zijn van zorgeloos vacantiegenot.zou ik thans niet
graag met zo'n jongmens op vacantie gaan.
Eenmaal in het fraaie Zeddam. liet ik niet na
mijn ouders regelmatig te wijzen op de matige vo
gelsituatie in Montferland. Die kritiek was meren
deels theater want als ik het dagboek van toen
opsla, zie ik dat daar vijfenveertig jaar geleden
Grauwe Klauwieren bijna dagelijkse kost waren.
En beleefde ik er de première van soorten als Flui
ter, Kuifmees en Zwarte Specht. Maar het span
ningsveld bleef en nam nog in omvang toe toen
mijn zuster na een paar dagen de bossen voor ge
zien hield en met het doel de rest van het verblijf in
Zeddam lezend door te brengen, de boekenkast
van de pensionhouder kraakte. Deze, een man die
in mijn herinnering louter het harmoniemodel uit
straalde, verscheen daarop bij mijn ouders met de
declaratie dat het gebruik van de boekenkast niet
in het pensiontarief was begrepen.
Opzoeknaarvogelsofandervertierzwierfikper
fiets dag en nacht door het woud. Op zo'n tocht
door nachtelijk Montferland ving ik een ver 'err-
urr-err-urr' op. Hoewel het geluid een novum was,
had ik genoeg ornithologische literatuur verzwol
gen om het direct te kunnen plaatsen: 'een Nacht
zwaluw....eindelijk'. En ik stortte mij in het woud
om de maker van 'err-urr' op te sporen. Na een
dolle zoektocht door het aardedonkere bos lukte
dat... het oplaaiende triomfgevoel bij het voor het
eerst zien van een lang begeerde soort. Een tijd
lang lag ik in de brandsingel naar de inde lichte ju
linacht voorbijglijdende silhouetten te kijken. Op
slag was ik de ranzige burgerlijkheid van het pen
sion vergeten. Om de emoties met de familie te
delen spoedde ik mij huiswaarts. De volgende
avonden de avonden daarna,zaten wij gevieren in
de brandsingel te kijken naar de schaduwen tegen
de nachtelijke zomerhemel. Op de rollers van 'err-
urr-err-urr' gleden ieders gedachten moeiteloos
weg. Pas veel later besefte ik dat vooral ook mijn
oudersin hun schik geweest zijn met die Nachtzwa
luwen.