y
De Kopacki-Ril. hel splitsingsgebied van Donau en Drau in het voormalig Joegoslavië. Krijgt hetTiengemeten van de toekomst
een dergelijk landschap? Folo: Gerard Ouweneel.
tuurgebieden in en langs het Haringvliet en Kram
mer-Volkerak met de Ventjagersplaat/Hellegats
platen als oksel.
Visie
Bij bewoners en weekenders valt begrip op te
brengen voor gebrek aan enthousiasme. Maar ook
bij het kleine aantal natuurliefhebbers dat Tienge-
meten uit eigen beleving kent, was de reactie op
zijn minst terughoudend. Met twee motieven als
oorzaak. Allereerst is het huidige Tiengemeten
met zijn stille en ruimte een verademing. Zorg een
fiets ter beschikking te hebben en ga een kijkje
nemen; u zult dan inzien wat hiermee wordt be
doeld. En vervolgens heeft Natuurmonumenten
achterdocht gewekt door tot dusver zich weinig te
bekreunen om de Blanke Slikken; men volstond
met inscharen van wat vleesvee. Vijfentwintig jaar
verruiging levert weliswaar een broedbiotoop op
voor zo'n zes paar Bruine Kiekendieven. Grauwe
Ganzen en een paradijs voor Blauwborsten, Bos-
rietzangers en Kleine Karekieten.maar ongetwij
feld hadden die 300 hectare Blanke Slikken met ge
richt beleid ala Korendijksche Slikken een
waardevoller invulling kunnen krijgen. Indien de
vereniging met de Blanke Slikken gaat wachten tot
men binnendijks aan de slag kan,gaat nog meer tijd
verloren. Dankzij een op stapel staande 'Avifauna
van de Hoeksche Waard' hadden de afgelopen zo
mers op Tiengemeten broedvogelinventarisaties
plaats,zodat wanneer eenmaal handen uit de mou
wen gaan, de nul-situatie voorhanden is. Daaruit
zou best eens kunnen blijken dat binnendijks
moeilijk te evenaren dichtheden aan Gele Kwik
staarten worden bereikt.
Hoewel Natuurmonumenten tot dusver zo wijs
is niet te pronken met namen van indrukwekkende
soorten die men in de toekomst op het eiland denkt
te verwelkomen, doet men er goed aan te inventa
riseren aan welk biotoop in de regio of wellicht lan
delijk het meest behoefte is, het meest onderdruk
staat en/of welke soorten men de hand wil toeste
ken. Daarbij niet te verwaarlozen hetgeen werd
prijsgegeven in de noordelijke Delta en welk on
heil dreigt. Als gevolg van de sluiting Haringvliet in
1970 gingen verloren riet- en biezenarealen en
Langs de noordoever van het Hollandsch Diep verblijft vrij
wel iedere winter tenminste één Zeearend. Hier een juveniel
exemplaar, februari 1996. Foto: Gerard Ouweneel.
43