Schelpenstrand Schouwen
Harry Raad
Na de behandeling van de schelpen van Goeree in het winternummer van Sterna 1996. ligt het
voor de hand ook het strand van Schouwen te belichtenDe 'schulpen en hoorens' van dit strand
laten zien dat ook Schouwen op dit gebied iets eigens heeft.
Gegevens uit het verleden en heden
Inventarisaties uit het verleden zijn me niet be
kend, hoewel er ongetwijfeld gepubliceerde inven
tarisaties zullen zijn.
I n Sterna heb ik sporadisch berichten aangetrof
fen, waarbij ik moet bekennen dat ik niet alle jaar
gangen heb ingezien. Zeer intrigerend vond ik de
afbeelding van 'Dikke korfschelp' (Corbicula flu-
minalis) in nummer 2/1984. Op het moment dat ik
dit nummer onder ogen kreeg was er in geen enkel
populair schelpenboekje een beschrijving of af
beelding van deze soort te vinden.
Een verhaal van Gijs van der Ende in nummer
4/1987 over Wenteltrapjes toonde de enthousias
merende belangstelling van een schelpenliefheb
ber vooreen fraai horentje.maar hoe zat het met de
andere schelpen?
Een recente inventarisatie wordt gegeven door
Peter van Bodegom in Amoeba nummer 5/1992. Er
worden van 75 meter strand ten noorden van
Burgh-Haamstede in 10 dagen 33 soorten vermeld.
Opmerkelijke soorten die ik zelf nog niet heb ge
vonden of niet met zekerheid heb kunnen determi
neren zijn Penhoren, Purperslak, Asgrauwe tolho-
ren, Zwakgeribde olifantstand en Gebochelde
streepschelp.
Eigen indrukken
Een korte schets van het Schouwse strand heb ik
gegeven in 'Schelpenstrand' (Morelis Raad,
1995).
Vanaf de trap van Westenschouwen tot aan het
slag bij de vuurtoren zijn er op het oog niet zulke
spectaculaire vondsten te doen omdat er tamelijk
weinig aanspoelt. Een gruisbankje kan een enkele
keer wat aardigs opleveren, maar vaak blijft dit be
perkt tot gewone soorten als Glanzende tepelho
ren en Wenteltrap. Het grove materiaal bestaat
voornamelijk uit Kokkel en Halfgeknotte strand
schelp. Minder algemeen zijn Mossel en Portugese
oester, die we zo goed van de Oosterschelde ken
nen.
Fossiele schelpen zijn onder andere Brakwater
kokkel en Toegeknepen korfmossel 'Dikke
korfschelp'), en verder de vaak moeilijk te deter
mineren fragmenten vanPenhorensenTolhorens.
Het fijnste gruis bevat bijzondere mini-schelpjes
als Scheve buitschelpen Dwergdrijfhoren.
In de kleibanken nabij de eblijn vinden we dou
bletten van Amerikaanse boormossel.
1 mm
Scheve bultschelp. Tekening: Harry Raad.
Verder richting Renesse lijkt de invloed van de
Noordzee toe te nemen. We vinden opeens dou
bletten van Zaagje, Grote strandschelp, Ameri
kaanse zwaardschede en Klein tafelmesheft. Het
zeer brede strand leverde me ook een verweerde
klep van Paardemossel en Gewone messchede.
Op een minder fortuinlijke schelpentocht kun
nen we hier eens gaan letten op de kustvogels, die
hier feilloos Zeeklit,een harige zeeëgel, opgraven
om hem vervolgens te verschalken. De leeggele-
pelde schaalresten vinden we vaak nog op de plek
desonheils.
Het fijne gruis op de vloedlijn bij Renesse be
staat voor een belangrijk deel uit deze schaalres
ten. Talrijk vinden we daartussen Gewone twee
tandschelp en Wadslakje, naast minder algemene
soorten als Ovale zeeklitschelp, Stompe tralieho-
ren en Mosselslurper.
Richting Brouwersdam neemt de schelpenrijk
dom zienderogen af, hoewel ook hier goede mo
menten te vinden zijn. De soorten tonen weinig
verschuivingen,hoewel we langs de Brouwersdam
toch opvallend veel Slijkgaper en in mindere mate
Strandgapergaan aantreffen. Het lage strand voor
bij de sluis toont kleibanken met daarin resten van
35