De Eikepage die normaal hoogin de boomkruin vertoeft,
zocht het dit jaar ook lager op. Foto:Jan-Piet van Waveren.
Vuurvlinders
De Kleine vuurvlinder deed het dit jaar niet
slecht. Zowel op Goeree als Schouwen was de soort
talrijker dan in 19%. met een duidelijke top rond
eind augustus/begin september.
Blauwtjes
Het Bruin blauwtje was op de meeste plaatsen
veel minder talrijk dan vorig jaar, toen er juist een
grote populatie van was. Zo werd er op de Hompel
voet af en toe maar eentje waargenomen, terwijl ze
vorig jaar met tientallen te zien waren. Ook op de
akkerranden werden minder Bruine blauwtjes ge
zien. Opvallend is dat de soort op Goeree in verge
lijkbare aantallen en met dezelfde verspreiding als
in 19% werd gezien,soms ook bij tientallen.
Het Icarusblauwtje deed het redelijk goed, al
noemt Krijn Tanis de aantallen per blok lager dan
in 1996. Mogelijk is deze indruk veroorzaakt door
dat de piek in de vliegtijd duidelijk vroeger viel en
vrij kort duurde, waardoor Krijn de hoge aantallen
miste door afwezigheid in de vakantieperiode
(laatste week juli.eerste twee weken augustus). Op
de akkerranden bij Brouwershaven was de soort
duidelijk toegenomen door een grotere aanwezig
heid van klaverachtigen. Op de Hompelvoet be
leefde het Icarusblauwtje een duidelijk topjaar.
Het wat nattere weer zorgde voor massale ontwik
keling van waard- en nectarplanten als Gewone
rolklaver. Rode klaver en Hopklaver. De voor
jaarsgeneratie, eind mei, bestond al uit duizenden
exemplaren, terwijl de zomergeneratie eind juli
begin augustus nog groter was. Eind september
vloog er nog een kleine derde generatie.
Vossen
De trekvlinders Atalanta en Distelvlinder ver
toonden opvallende verschillen. Atalanta's waren
in normale aantallen aanwezig,zelfs in behoorlijk
aantal met name in de nazomer. Zo deden er begin
september zo'n 15 exemplaren in mi jn tuin zich te
goed aan rottende pruimen. De Distelvlinder was
na het topjaar 1996 echter opvallend afwezig.
Overal werden slechts enkele exemplaren waarge
nomen.
"Hoewel de Kleine vos voor Nederland als een
zeer talrijke vlindersoort te boek staat, was deze
vlinder in zowel 1996 als 1997 maar matig verte
genwoordigd", vermeldt Krijn Tanis en ofschoon
Jan-Piet schrijft dat deze soort naar zijn mening
normaal voorkwam, moet ik Krijn gelijk geven.
Het aantal Kleine vossen in het voorjaar was dui
delijk minder dan in 1996, terwijl er 's zomers tot
half augustus vrijwel nergens een Kleine vos te be
kennen was. In september liepen de aantallen dui
delijk op,maar ik ben nog geen enkel exemplaar in
winterrust tegengekomen, tegen tientallen in het
najaar van 1995. Hetzelfde verhaal gaat in grote lij
nen ook op voor de Dagpauwoog, met dit verschil
dat bij deze soort ook in het najaar maar weinig
exemplaren werden waargenomen.Toch was er op
een aantal plaatsen in de zomer een kortdurende
piek bij dezesoorl.Opde Hompelvoet vlogen op 3
augustus op een vrij klein oppervlak zo'n 20ex.,ter
wijl er op 4 augustus op de Oudelandse dijk bij
Ooltgensplaat vele tientallen op Wilde marjolein
te vinden waren.
Van de Gehakkelde aurelia was het onduidelijk
of deze soort op Goeree in 1996 of '97 talri jker was.
wel werden er meer waarnemingen genoteerd op
het recreatiepark Noordzee. Op Schouwen leken
de aantallen vergelijkbaar met of iets groter dan in
1996. Met name in september zag Jan-Piet grotere
aantallen, zoals 11 ex. bij Slot Haamstede en 6 ex.
aan de Strandweg.
Het Landkaartje werd integenstelling tot voor
gaande jaren op Goeree en de Hompelvoet niet
waargenomen. Op Schouwen werd het Landkaart
je bij Schuddebeurs waargenomen.
Van de Rouwmantel tenslotte was er zowel in
1996 als 1997 een waarneming op Goeree. Van
Schouwen wordt de soort in 1997 niet gemeld.
Parelmoervlinders
Op Goeree is een vaste populatie van de Kleine
parelmoervlinder te vinden in het duingebied tus
sen De Vrijheid en het Flaauwe Werk. In 1997
kwam de vlinder talrijker voor dan in 1996, met een
maximum van 11 ex. in een km-hok op 11 -08-1997.
Op Schouwen was deze soort de laatste jaren niet
meer waargenomen, nu zag Jan-Piet op 25 septem-
65