Het niet-voorkomen van de Zwarte rat op Goeree Zwarte rat. Foto:Henk Harmsen. Frans Beekman Op inventarisatielijsten zijn we gewend te noteren, welke soorten planten en dieren in een ge bied voorkomen. Het is niet de gewoonte in een rapport te vermelden welke soorten ergens niet voorkomen. Gebeurt dit wel dan blijkt daar de verbazing van de onderzoeker uit, die de soort er eigenlijk had verwacht. Iets dergelijks vond ik voor de Zwarte rat op Goeree voor twee zeer uit eenlopende j aren. Jacob van Maerlant, die een tijdlang priester was bij Brielle, schreef in zijn natuurlijke historie ge naamd Der Naturen Bloeme uit ongeveer 1325:"In Westvorne te waren,ne mach ghene ratte levemdat weet hi die dit heeft bescreven". Maerlant staat voor deze mededeling dus persoonlijk in. Daar de Bruine rat pas sinds 1727 in Nederland be kend is. mogen we aannemen dat Jacob van Maer lant de Zwarte rat bedoelde. Het tweede, bijna gelijkluidende, bericht over het niet-voorkomen staat in Beschrijvingvan het ei land Goedereede en Overflakkee uit 1843 dat ge schreven is door dominee B. Boers. Hij vermeldt met betrekking tot Goeree: "Als iets bijzonders teekenen wij hieraan.dat vóór het jaar 1760 op dit eiland geene huisratten gevonden werden, en dat de aardmollen eerst zijn ontdekt na het jaar 1780". Met de huisrat wordt de Zwarte rat bedoeld. De verspreiding van deze rat geschiedde met schepen vanuit Zuid-Azië en het niet-geliefde beestje was tot de 18de eeuw talrijk in dorpen en steden in heel Nederland. Het jaartal 1760 moet in verband staan met 1751 toen de Statendam gereed kwam tussen Goeree en Overflakkee en vanuit dit laatste gebied allerlei dieren 'te voet' naar het voormalige eiland Goeree konden gaan. Op Westvoorne of Goeree was de scheepvaart zeer belangrijk en men zou er juist wel de Zwarte rat kunnen verwachten. Ook Maerlant en Boers hebben deze gedachte vermoedelijk gehad en zo is het vermelden van het niet-voorkomen van ratten bij hen wellicht te begrijpen. 41

Tijdschriftenbank Zeeland

Sterna | 1999 | | pagina 41