Slechtvalk op watertoren dag, waarschijnlijk gebruikte deze valk de toren veel frequenter als plukplaats en "voorraadkast". Slechtvalken bewaren niet helemaal opgegeten prooien voor dagen dat er niets gevangen kan worden, bij voorbeeld, als gevolg van slecht weer. Het is waarschijnlijk dat de vogel van dit jaar ook ergens anders nog een pleisterplaats had. Dit keer werden er meer niet opgegeten, nog bijna gave prooien gevonden dan vorig jaar. Zou deze vogel onhandiger of minder ervaren zijn dan zijn voor ganger van vorig jaar? In de prooilijst van die vogel waren Kanoetstrandloper, Kauw en Win tertaling de favoriete soorten. De Slechtvalk van dit jaar had een uitgesproken voorkeur voor Goudplevieren en in mindere mate voor Winter talingen, welke waarschijnlijk in het inlagen- en weidegebied dichtbij Zierikzee werden geslagen. Enkele malen heb ik de valk vanaf de kant van de Bettewaardse polder en de Steenzwaan over de stad richting Dikke Toren zien vliegen, altijd zon der prooi. Op 13 februari kon ik eindelijk enkele redelijke foto's nemen van het dier zittend op de oostzijde van de toren. Het was een mooie zonnige maar erg winderige dag. De Slechtvalk zat niet op zijn gemak. Dat kwam door de harde wind die z'n ve- renpak in de war maakte, daardoor vloog de vogel telkens op en cirkelde rond om dan weer op een ander plekje te gaan zitten. Het dier was steeds druk bezig met poetsen en het goed leggen van zijn lichaamsveren. Het was duidelijk een adult mannetje, met mooi gestreepte lichte borst, lei grijze vleugels en rug en felgele naar verhouding grote klauwen. Een andere vogel dus dan de gro tere Slechtvalk die vorige winter op de toren pleis terde, toen betrof het naar alle waarschijnlijkheid een vrouwtje. Ik durf het bijna niet op te schrijven maar misschien komt het op de Dikke Toren nog eens tot een broedgeval van deze superval ken! Gijs van den Ende. De watertoren van Dirksland is met zijn kenmerkende vorm een in het oog springend baken op Goeree-Overflakkee. Hoewel het silhouet inmiddels enigszins wordt aangetast door het bedrijventerrein in oprichting aldaar, steekt de toren nog voldoende in de lucht om ook door vogels als richtpunt gebruikt te worden. Op 3 maart j .1. zag ik vanuit de auto het bekende vliegbeeld van een Slechtvalk over de provinciale weg in de richting van de watertoren gaan. Het was rond halfzeven 's avonds.Thuis even de kijker opgepikt en terug naar de watertoren. Mijn ver moeden bleek juist: aan de luwzijde van de toren, onder het overstekende dak, zat hoog op een be tonnen rand een juveniel vrouwtje Slechtvalk. Ze kon daar uit de wind en de regen slapen. Ik vroegme af of dit een incidenteel geval betrof en heb daarom steeds bij het passeren van de wa tertoren een blik omhoog geworpen. Zowel 's morgens als 's avonds heb ik de Slecht valk er meerdere keren gezien. De valk verbleef steeds aan de luwzijde van de toren. Onder de toren trof ik geen prooiresten aan. Dit lijkt erop te duiden dat de valk deze plaats vooral als slaap plaats gebruikt, dit in tegenstelling tot het manne tje op de toren van Zierikzee (zie elders in dit nummer). Het zou ook goed kunnen zijn dat de watertoren met name bij slecht weer gebruikt wordt om te overnachten of als pleisterplek dient. Op 15 maart, rond het middaguur, zag ik de valk er voor het laatst. Met de Slechtvalk als vaste overwinteraar in de Zeeuwse en Zuid-Hollandse delta, is het altijd leuk om te constateren dat deze vogels niet alleen in de buitengebieden te zien zijn. Uit vroegere pu blicaties is bekend dat Slechtvalken 's winters re gelmatig te gast waren op kerk- en andere torens. Met een toenemend aantal overwinteraars zou dit wel eens een terugkerend fenomeen kunnen blij ken. Gertjan de Zoete 19

Tijdschriftenbank Zeeland

Sterna | 2000 | | pagina 21