In 2005 Haringvlietsluizen op een kier De Hoogezandsche Gorzen langs de noordoever van het Hollandsch Diep vóór 1970, bij laagwater een enorme uitgestrektheid. Uiterst rechts de eendenkooi. Op de achtergrond links, vaag. de in 1964 gerealiseerde Haringvlielbrug. Foto Gerard Ouweneel. Gerard L. Ouweneel Vijfendertig jaar nadat het Haringvliet dicht ging, zal Rijkswaterstaat de sluizen weer openen. Op 16 maart jl. deelde de staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat de Tweede Kamer mede dat vanaf 1 januari 2005 de Haringvlietsluizen voor 95 procent van de tijd maximaal 10 procent geopend zullen worden. Dat betekent dan het begin van een nieuwe beheersperiode, die erin voorziet dat tien tot vijftien jaar later een derde van de sluiscapaciteit voor 95% open zal staan. Dan ontstaat er een getijregiem dat voor het Haringvliet-Hollandsch Diep en de Biesbosch omstreeks 2020 een 'getemd getij' zal brengen. Lang geen terugkeer naar de situatie van voor 1970, maar wel een zodanige verandering dat er gevolgen zullen zijn voor de scheepvaart, landbouw, drinkwatervoor ziening, visserij en recreatie. En ook voor de natuur. Het zijn niet louter idealistische motieven die Den Haag ertoe brachten openstelling van de Ha ringvlietsluizen in studie te nemen.Toen de op 2 november 1970 in gebruik gestelde sluizen de ver binding tussen Noordzee en Haringvliet ver braken. waren de consequenties voor het toen semi-stagnant geworden voormalige estuarium aanzienlijk ingrijpender dan alleen hel nagenoeg verdwijnen van het getijverschil en de verzoeting van het milieu. Aan de buitenzi jde van de Haring vlietsluizen nam het getij verschil toe van van circa 1.80 tot 2.30 meteren veranderde de stroomdyna- miek dusdanig dat een proces van landaangroei op gang kwam. Dit proces gaat tot op de huidige dag door en heeft in die dertig jaar het aanzien van de voordelta grondig gewijzigd. Aan de binnenzij de van de Haringvlietsluizen kwam een ander proces op gang. Vooral het Hollandsch Diep en in mindere mate het Haringvliet werden zinkputten voor rivierslib. In 1970 was het door Maas en Rijn afgevoerde slib nog sterk verontreinigd, zodat tot ongeveer 1975 de bodem van het Hollandsch Diep sterk vervuilde (Milieu-effect rapport Be- heer Haringvlietsluizen 1998). Al bijna vijftien jaar geleden voorspelde Professor H.Saeijs dat de sedimentatie in het Hollandsch Diep zo snel ver- liep dat daar in de loop van de eenentwintigste eeuw een totaal nieuw landschap van een mean derende rivier met daarin eilanden met rivierbos- sen en moerasvegetaties zou ontstaan (Ouweneel 38

Tijdschriftenbank Zeeland

Sterna | 2000 | | pagina 8