op. Voor het gevoel bijna ongelooflijk, maar deze vogel werd een paar dagen later ook door een an dere waarnemer gezien. Van de laatste jaren is de verschijning van de Havik. Deze standvogel werd vooral waargeno men boven de grote natuurgebieden. In decem ber en maart werden 2 exemplaren gezien. Helle gatsplaten. de Noordelijke Slikken en de Scheelhoek zijn uitstekend geschikt als broedge bied,zodat naar verwachting de Havik snel zal in burgeren. Bruine en Blauwe Kiekendieven ware de hele winter te bewonderen. De eerste helft van januari was iets kouderen direct waren de verschillen tus sen de twee soorten duidelijk te zien. De Bruine kwam tot het minimum aantal van 3 exemplaren en de Blauwe Kiekendief tot het maximum aantal van 11In maart zo blijkt uit de tellingen waren veel hier broedende Bruine Kiekendieven terug. In diezelfde maand, maar ook in april waren nog steeds Blauwe Kiekendieven te zien. Broedgeval- lenzijn mogelijk! Onze tellingen spelen zich voornamelijk buiten de dorpskernen af. Dat moet de reden zijn.dat de Sperwer duidelijk onderteld wordt. Een stijgende tendens is zeker merkbaar, vooral als we de broedparen in ogenschouw nemen. De meest algemene wintervogel is de laatste jaren de Buizerd. Wederom werd een nieuw maxi mum aantal vastgesteld en wel in januari met 120 exemplaren. Hierin zijn deze winter voor hel eerst de waarnemingen van de Hellegatsplaten ver werkt. Het einde lijkt nog niet in zicht, want ook op de Hoeksche Waard is de toename explosief. Veel zeldzamer dan de "gewone" Buizerd is de Ruigpootbuizerd. In heel Zuid-Holland werden er weinig gezien, zodat de 3 exemplaren op Goe- ree-Overflakkee in december nog bijzonder te noemen zijn. De piek van de Torenvalk lag, zoals meestal, in november.Toen werd het fraaie aantal van 77 be reikt. De andere maanden scoorden duidelijk lager, maar het was zeker geen slechte Torenval ken-winter. Smellekens verschenen maar mondjesmaat (snaveltjesmaat?). In februari kwamen we tot 4 stuks. Er zullen wel enkele Smellekens gemist zijn. want als ze op de kale akkers zitten, vallen ze nauwelijks op. Met de Slechtvalk gaat het fantastisch. In no- Tabel 2. Getelde aantallen roofvogels op Goeree-Over- flakkee in de winter 2001 -2002. soort /maand okt. nov. dec. jan. febr. mrt Wespendief 2 - - - - - Bruine kiekend. 6 10 5 3 6 15 Blauwe Kiekend. 4 8 6 11 6 7 Grauwe Kiekend. - 1 - - - - Havik 1 - 2 - 1 2 Sperwer 12 14 12 9 8 6 Buizerd 30 106 108 120 104 63 Ruigpootbuizerd - - 3 2 2 - Kleine Torenvalk - 1 - - - - Torenvalk 48 77 55 48 38 37 Smelleken 1 3 2 2 4 2 Boomvalk - - - - 1 1 Slechtvalk 3 9 8 3 6 4 vernber en december werden respectievelijk 9 en 8 exemplaren genoteerd. De Hellegatsplaten, de Krammersche Slikken, de Slikken van Flakkee, Markenje/Koudenhoek en de Kwade Hoek zijn geliefde plekken voor de Slechtvalk en dus ook voor onze tellers. Zij weten soms zelfs het juiste paaltje, waar hun Slechtvalk regelmatigzit om uit te rusten. In november werden door een tellers team binnen een half uur 5 Slechtvalken gezien, daarbij waren twee jonge exemplaren.Twee jonge Slechtvalken, dus. Tabel 3. Getelde aantallen zwanen op Goeree-Overflak- kee in de winter 2001-2002. soort /maand okt. nov. dec. jan. febr. mrt Knobbelzwaan 49 43 63 71 97 72 Kleine Zwaan - 71 126 4 2 - Wilde Zwaan - 1 3 3 - - Zwarte Zwaan 7 4 2 11 9 7 Zwanen Voorde Knobbelzwaan bespeuren we weereen licht stijgende tendens, maar op de grote aantallen op de Grevelingen van een paar jaar terug kunnen we niet meer bogen. De tijdelijke opleving van het aantal Kleine Zwanen in het begin van de jaren "90 is na de win ter 1996/1997 weer ongedaan gemaakt. Ook afge lopen winter kwamen we niet in de buurt van de 500 tot 1000 exemplaren van die tijd. Hier is spra ke van de dynamiek in de natuur, waarbij veran deringen aan de orde van de dagzijn. 48

Tijdschriftenbank Zeeland

Sterna | 2002 | | pagina 18