De afgelopen winter meer Grote Sterns langs de Brouwersdam
door Liesbeth van Vliet
tengroei die was ontstaan in het spoor van een wandelaar die met de fiets aan de hand keer
op keer stiekem over hetzelfde stukje verboden strand was gelopen. De afdrukken van zijn
voetsporen en fietsbanden bleken beschutte plekjes te zijn waar tropische omstandigheden
gingen heersen.
Ondanks dat het allemaal zo eenvoudig is, was ik toch verbaasd toen ik mijn man de vers
gekochte flinke speklap voor het avondeten, aan een boom in de tuin zag spijkeren. We had
den al een poosje een aantal Eksters en Kauwtjes in de Meidoorn zitten, maar een echte
natuurfreak is nooit tevreden. Het zou een Gaai moeten worden, een fenomeen dat alleen op
grotere afstanden van ons huis langsscheerde en die we vaker hoorden dan zagen.
Speklapjes, die gaan rotten, daar komen maden van. Verder trekken bedorven speklapjes
mieren aan. En al dat gekrioel trekt weer eters aan, zoals de Gaai. Logische gedachtengang,
dus elke dag vroegen we ons af: is'tie al geweest, de Gaai?
Met groot kabaal werd op zekere dag de deur opengegooid en daar stond mijn man, bewa
pend met camera en een lens die zowat de hele berging in beslag nam. Zijn schuilhutje inge
klapt over zijn schouder en met een lach van oor tot oor. "Ik heb hem, ik heb hem...." "Wat
heb je?" riep ik onnozel terug, want ik zat lekker bij de warme kachel naar Coldplay te luiste
ren. "De Gaai natuurlijk!"
Heel eenvoudig, als je maar gelooft.
Gerard Ouweneel
De 's winters aan weerszijden van de Brouwersdam verblijvende Grote Sterns blijven boeien.
Drie jaar geleden gaf het lentenummer van Sterna een overzicht met de over het tijdvak 1990-
2001 langs de Brouwersdam waargenomen Grote Sterns. Kort samengevat was het resultaat
dat vergeleken met vóór 1990, het aantal winter-waarnemingen was afgenomen, met in drie
winters helemaal geen waarnemingen. Vanaf 1999-2000 leek een kentering in te zetten, zon
der dat sprake was van een terugkeer naar de situatie van begin jaren tachtig, met bijvoor
beeld op 15 januari 1982 15 vogels.
Maar in de winter 2001-02 en de daaropvolgen
de was het weer mondjesmaat. In beide winters
ontbrak schrijver gelegenheid de Brouwersdam
regelmatig te bezoeken, al vonden er -voorzover
bekend- in 2001-02 tussen 29 december en 23 fe
bruari geen waarnemingen plaats en in 2002-03
slechts een enkel exemplaar op twee data in janu
ari. Opvallend was voor beide winters het betrek
kelijk grote aantal sterns dat tot laat in het najaar
te zien was. Op 3 november 2001 waren er 36
Grote Sterns en op 14 november 2002 27 exem
plaren. De afgelopen winter, die van 2003-04 was
dat weer het geval. Op 25 november 2003 telde
Ben van der Velden 26 exemplaren. Deze winter
was er welgelegenheid om regelmatig te controle
ren hoe het met de Grote Sterns stond. Het resul
taat staat vermeld in tabel 1
Fuikpalen
Met uitzondering van 7 februari toen bij straffe
wind tenminste 5 exemplaren fourageerden in de
Kabbelaarsgeul (atlasblok 42-26-14), hadden in
2003-04 alle waarnemingen plaats in de atlasblok-
ken 42-26-22 respectievelijk 42-26-23. Dit zijn de
23