De Tapuit, over en uit?
Ted C.J.SIuijter
Het is eind april en je fietst langs de zeedijk.
Op één van de paaltjes van het prikkeldraad
zie je een vaalbruine vogel zitten. De vogel
heeft het formaat van een Spreeuw en zit
wat rechtop. Dan ineens vliegt hij weg en
valt onmiddellijk een felwitte stuit op. Die
witte stuit eindigt in een sterk contrasteren
de zwarte eindband op de staart. In deze
soort kun je je bijna niet vergissen; het is een
Tapuit.
Schijn bedriegt
Hetzelfde tafereel herhaalt zich in het najaar,
vooral in september. Op veel plaatsen, zowel in
duin als polder.komje dan doortrekkende exem
plaren tegen. Soms in kleine groepjes, maar een
enkele keer gaat het zelfs om grote aantallen. Dit
was het geval tijdens de spectaculaire invasie in
september 2002. Door waarschijnlijk meteorolo
gische omstandigheden tijdens de trek. werden
toen in heel Zeeland vele duizenden Tapuiten ge
zien. In sommige gevallen ging het zelfs om hon
derden exemplaren bij elkaar.
Deze aantallen zouden kunnen doen vermoe
den dat de Tapuit ook als broedvogel algemeen in
Zeeland en op Schouwen-Duiveland voorkomt.
Helaasisdepraktijkpijnlijkanders.DeTapuitwas
ooit een talrijke broedvogel op ons eiland. Kijken
we naar de harde cijfers dan blijkt de soort ons stil
letjes en op kousevoeten te (hebben?) verlaten.
Het lijkt sterk op het verhaal van de Geelgors,
Paapje en Grauwe Klauwier. Soorten die in het re
cente verleden ook als broedvogel op Schouwen-
Duiveland zijn uitgestorven.
De Tapuit in Europa
In Europa en Azië is de Tapuit broedvogel van
gebergten tot in laagvlakten en rivierdelta's. Het
broedgebied strekt zich hierbij uit van Noord-
Afrika tot boven de poolcirkel. Vrijwel alle Euro
pese Tapuiten overwinteren ten zuiden van de
Sahara.
Het voedsel bestaat uit insecten en ongewervel-
den. Vaak wordt dit rennend bemachtigd. Het nest
bevindt zich in een hol tussen stenen of in de
grond. Op Schouwen-Duiveland voornamelijk in
konijnenholen.
Nederland en Zeeland
In Nederland vinden we de Tapuit als broedvo
gel vooral in de kuststreek en op de hogere zand
gronden van Drenthe, de Veluwe en Oostelijk
Noord-Brabant. Al in het begin van de 20e eeuw
zou er sprake zijn van afname, vooral door het be
bossen van heideterreinen en vastleggen van
stuifzanden. Rond 1980 werd de broedpopulatie
in heel Nederland geschat op zo'n 1.900-2.500
paar. Sindsdien is het behoorlijk aan het misgaan.
Tijdens het grote landelijke broedonderzoek in
1998-2000. waaraan ook onze Vogelwerkgroep
uitgebreid deelnam, werden nog maar 600-800
paar vastgesteld SOVON 2002Met recht wordt
indeze Atlas van de Nederlandse Broedvogels ge
schreven 'er zijn niet veel soorten waarbij de ver
spreiding binnen een kwart eeuwzo veranderd is'.
In Zeeland is de Tapuit als broedvogel vrijwel
beperkt tot de duinstreek. Rond 1975 wordt de
Zeeuwse broedpopulatie geschat op zo'n 150-250
paar. Hierna gaat het snel bergafwaarts; rond 1990
zijn die aantallen al gehalveerd! (Vergeer van
Tapuit. Foto: Henk Htmmen.
12