sten en Wetenschappen, het latere, thans niet
meer bestaande Ministerie van Cultuur, Recre
atie en Maatschappelijk Werk. Deze beide minis
teries bleven de leden van het stichtingsbestuur
benoemen. Op een waarschijnlijk in de vijftiger
jaren op De Beer genomen foto staat het toen in
functie zijnde bestuur geportretteerd. Kennelijk
werd de opening van het Jacob Bakker Bos ge
vierd. Bestuurslid Jacob Bakker, bijnaam Jacob
met de baard, bekleedde een hoge functie bij de
belastingdienst. Op de bewuste foto zijn onder an
dere te herkennen Jan Drijver, de directeur van
Domeinen Hendrik Bakker, bestuursvoorzitter
Z.Y. van der Meer, Gerrit Brouwer en ook Tom
Lebret. Helemaal links op de foto staat de in 1993
overleden Wiebe Korfmaker, vanaf 1945 tot het
einde opzichter van De Beer.
Via de benoemingsvoorschriften bezat Den
Haag dus een absolute bestuursautonomie. In een
tijd waarin natuur volstrekt ondergeschikt was
aan andere belangen, kwam zulks autoriteiten
goed van pas. Zo kon het gebeuren dat tijdens de
Tweede Wereldoorlog grote delen van het Wijde
Slik en de verder Rozenburg in gelegen delen van
het natuurmonument werden bedijkt en/of omge
vormd tot akkerland. In 'Het Vogeleiland' is te
lezen hoe weergaloos mooi deze gebieden moe
ten zijn geweest. En hoe stelde het stichtingsbe
stuur zich op voor en tijdens de liquidatie van De
Beer door Rotterdam? Wellicht dat het op stapel
staande boek van Ed Buijsman daarover meer in
zicht zal verschaffen.
Atlantikwal
Vorig jaar plaatste Ed Buijsman in Nederland
se natuurtijdschriften een oproep waarin hij ver
zocht om materiaal over De Beer. De aanleiding
was curieus.'Ik was bezig'.zo vertelde Ed.'omsuc-
cesievelijk na te gaan hoe het er nu uitziet op de
plaatsen die staan afgebeeld in hetThijsse-album
Onze Groote Rivieren. Daarbij kwam ik ook bij
Voermans'schilderij van De Beer. In vergehjking
met het schouwspel dat Voerman daar aantrof is
er thans, behalve de toren van Brielle, niets meer
van terug te vinden...'.
Geboeid geraakt door de historie van Rozen
burg, en speciaal die van de westpunt, begon
Buijsman informatie bijeen te zamelen, niet al
leen over de natuurwetenschappelijke waarden,
maar juist ook over bestuurlijke achtergronden,
hoe het toeging bij de besluitvormingen die er toe
leiden dat het gebied een halve eeuw geleden op
de schop ging en niet in de laatste plaats over de
gang van zaken tijdens de Duitse bezetting. Op De
Beer bouwden de Duitsers de grootste fortifica
ties van hun Atlantikwal. Buijsman verkreeg
foto's van een inspectiebezoek aan die enorme
versterkingen door de Wehrmacht-opperbevel-
hebber Rommel in maart 1944. Allemaal tever
geefs. Een paar maanden later zouden de geal
lieerden landen in Normandië. Na de Duitse
overgave in 1945 kwamen de broedvogelrappor-
tages weer op gang. In hun 'Kustbroedvogels in
het Noordelijk Deltagebied' geven medewerkers
van het Rijksinstituut voor Kust en Zee (RIKZ)
een voortreffelij k historisch overzicht van de aan
tallen broedende kustbroedvogels op De Beer en
in andere door de stichting in Zuidwest-Neder
land beheerde gebieden. Liep men ooit als voge
laar op De Beer rond, dan is men nu tenminste de
60 jaar gepasseerd. En deed men dat in de periode
kort na de Tweede Wereldoorlog, dan heeft men
thans tenminste de leeftijd bereikt van de zeer
sterken. Met andere woorden, er resteren niet
veel lieden met wie te praten valt over hun
herinneringen.
Deltaplan
Per 15 januari 1950 gaf de Dienst der Domeinen
aan de Stichting De Beer de Scheelhoek in be
heer. Op 19 maart 1951 de Punt van Goeree. Daar
na. op 1 januari 1959,kwam de Kwade Hoek erbij.
Tussen 1960 en 1962 volgden successievelijk de
Hompelvoet, het Katseplaatje. een deel van de in
het Veerse Meer gelegen Goudplaat en de Mid
delplaten. Met ingang van 1 april 1962 pachtte de
Stichting voor een symbolisch bedrag het jach-
trecht op de Ventjagersplaten, onder het beding
dat dit gebied beheerd zou gaan worden als water
vogelreservaat. Als laatste kwam per 1 april 1974
de in het Haringvliet gelegen Slijkplaat erbijOm
deze naar behoren te gaan beheren kreeg men
weinig kans. Negen maanden later werd de Stich
ting Natuurmonument De Beer ontbonden en het
beheer over de gebieden deels ondergebracht bij
de Vereniging Natuurmonumenten, deels bij
Staatsbosbeheer. Omdat alle bij de stichting in be
heer zijnde terreinen te maken kregen met de ge
volgen van de deltawerken die na 1953 in uitvoe
ring kwamen, kon men de mouwen opstropen.
63