Op stap
Bloopers
met Gerard Ouweneel
Het dagblad dat zichzelf afficheert als de 'kwaliteitskrant van Nederland', levert in ieder geval bij
haar onderschriften van afgebeelde vogels geen kwaliteit. De recensie van het grauwe kiekenboek
werd opgeluisterd door Erik van Ommens plaat van een man Bruine Kiekendief. In kleur!
Een poos later was het binnen een paar weken
driemaal achterelkaar mis! Bij een bespreking
van Benny Génsbols nieuwe Veldgids Roofvogels
de afbeelding van een evidente Boomvalk, maar
met als onderschrift Smelleken. Ook in kleur. En
daarbij, om het begrip kwaliteitskrant te
onderstrepen, diens wetenschappelijke naam
Falco columbarius. Au! De week daarop
Rein Stuurmans Kokmeeuw uit 'Zien is Kennen'
bij de column 'vogels kijken', waarin dat
legendarische boekje de hoofdrol speelt. Leuk.
Maar het verhaaltje ging wel over de Zwartkop
meeuw. En weer wat later, bij een relaas over de
droeve gang van zaken bij onze weidevogels, in
kleur een Grote Gele Kwikstaart met daaronder
Gele Kwikstaart. En het gaat maar door. Op 31 de
cember 2005 bij een verhaaltje over de IJsduiker.
de plaat van de Ijsvogel uit 'Zien is Kennen'. Dus
staat in NRC-Handelsblad een afbeelding van
een vogel, kijk dan met achterdocht welke naam
de redactie deze toedichtte.
Pijnlijker is het indien het misgaat in een publi
catie door deskundigen, of lieden die worden ge
acht dat te zijn. 'Natuurbehoud' prees een afge
beelde Kleine Zilverreiger aan als een Grote. Een
foto van een Visarend kreeg Zeearend mee. Oei!
En ik herinner mij dat onder een foto in 'Zeven
blad'. een regio-bulletin van Staatsbosbeheer, te
lezen stond dat de 'Canadese Ganzen in opmars'
waren. Dat is juist, maar op een bij het verhaal be
horende foto stonden wèl Brandganzen. Ook die
hebben witte wangetjes en halen ze in dit land als
broedvogels de Canadese Ganzen links en rechts
in. Maar toch zal de eerstvolgende redactieverga
dering van 'Zevenblad' wat mat verlopen zijn.
Zulks temeer omdat op de volgende pagina onder
de foto van een meeuw Visdiefje te lezen stond.
Welke meeuw? Ik meen dat het toen wèl ging om
een Zwartkopmeeuw. Tot wat voor rothumeur
zulke missers leiden, weet schrijver maar al te
goed. En tot zelfverwijt! Toen Vogelbescherming
ruim dertig jaar geleden aan haar nieuwe tijd
schrift 'De Lepelaar' begon, was het in de eerste
afleveringen vaak raak. Wilde Eend onder een
Waterhoen. Een Fazant kreeg weliswaar zijn juis
te naam, maar gespeld als Fazand. Een Schreeuw-
arendkreeg Zeearend mee.'Ik zie in die arendnog
geen Zeearend' schreef professor Voous de re
dactie. Nou, dat zag de redactie inmiddels ook
niet.maar dat inzicht kwam te laat.
In het veld. bij het determineren,bezorgen mis
sers vogelaars adrenaline en hartkloppingen. En
bij degene die zijn metgezellen de optiek nerveus
in stelling deed brengen, bovendien achteraf een
zekere gêne. Want het is slikken indien je meent
een Roodpootvalk te hebben ontdekt en na met
die uitroep de collega's te hebben gemobiliseerd,
een van hen ontnuchterend zegt 'het is een Boom
valk'. Jacques de Raad stond onlangs bij een
groepje zeetrekwaarnemers en beluisterde dat
een passerende Kleine Jager achtereenvolgens
Grauwe Pijlstormvogel. Middelste, Kleine en
Kleinste Jager toebedeeld kreeg. 'Het was een
Kleine Jager' verklaarde Jacques,'maar ik verze
ker je dat iemand vertrok met het idee een Grau
we Pijl te hebben gezien'. Een in het vak grijs ge
worden vogelaar verzuchtte eens 'er wordt wat
gebeunhaasd'. Maar ja, wie zonder zonden is,
werpe de eerste steen. En is het altijd beunhaze
rij'? Op de telpost Breskens denkt men er anders
over. Daar geldt als motto'roep direct snel en luid
wat je ervan denkt...'. En ook 'indien je per dag
minstens geen drie fouten maakt, heb je te weinig
gemeld...', een permanent van kracht zijnde pre
ventieve vergiffenis dus, die ertoe leidt dat op een
goede trekdag een melkweg aan vogelnamen te
beluisteren valt. Wèl meestal de juiste, want de
heren daar zijn steengoed. Maar een niet-ingewij-
de moet wel even naar adem happen bij het aan
horen van uitroepen als'daar komt een KPV'. het
geen staat voor een klein-pest-vogeltje, of tijdens
de graspieper-hausse van april 2003 naar een
overkomende Sperwer met een gevulde krop 'de
Graspiepers puilen uit z'n strot
Brachten Nederlandse vogelaars die in 2001 de
Deense trektelgroep Skagen in de gordijnen
6