ne hermne.nnqen Tekening: Kees de Kraker. gen met wat buien en een noordwestenwind die het scherpe klare licht van de Atlantische Oceaan naar onze kusten voert. Dus een prima middag om te besluiten met een paar uur buitenhaven van Stellendam. Degene die vandaar richting zuid westen kijkt, over de slikken en de Kwade Hoek naar het hart van de Delta, weet zich verzekerd van een van de fijnste panorama's die Zuidwest Nederland te bieden heeft....Tenminste,mits hij niet naar rechts kijkt, naar de nadrukkelijk aan wezige Maasvlakte. Die zondagmiddag geen late Reuzensterns. Wel ver weg op een van de banken een rustende Slechtvalk, rechtop, waakzaam en soeverein. En verder steltlopers, overal, met het opkomende tij al wat onrustig. Deze scannend, kwam veel dichterbij een tweede Slechtvalk in beeld, in alles het tegenovergestelde van de eer ste. Dik, zwaar en voorovergebogen leunend, heeft de vogel niets martiaals. Kennelijk heeft deze net zwaar getafeld..'de prooi komt hem de strot uit', hoorde ik eens op Breskens zeggen. Rondom deze Slechtvalk,schouder aan schouder, enkele tientallen vierkante meters Scholekster, af en toe onwillig een eindje opschuivend voor het naderende water. De Slechtvalk loopt dan op een sukkeldrafje met de Scholeksters mee. Deze en een paar Wulpen negeren hem.Twee Grote Man telmeeuwen kiezen al vliegend positie met iets in hun houding van 'zullen we hem eens even...!' Maar dan onderbreken ze hun duikvlucht en gaan door. Een zich apathisch gedragende Slechtvalk is hen te min. Toen het water het slik overspoelde, vloog de vogel weg, snel, laag en strak richting Kwade Hoek. Niets geen paniek bij de steltlopers en een den. Ik kijk hem na,samen met een net over de dijk gekomen vogelaar. Deze heeft voor Slechtvalken nauwelijks belangstelling. Hij is van een generatie van tenminste drie exemplaren per excursie. Ik van eentje in drie jaar. Over de N215 rijd ik op mijn gemak terug, met naar binnen gekeerde blik, dus als een zombie. Want deze rit levert wel een be keuring op. Een Overflakkeese flitspaal regis treert dat ik met 77 kilometer de afslag Den Bom mel passeerde, liet Leeuwarden een paar weken later triomfantelijk weten. En dat mochten er maar 70 zijn. Het is maar dat u het weet! 55

Tijdschriftenbank Zeeland

Sterna | 2006 | | pagina 25