toen aardig doorgegroeid waren. Van hier verspreidde de Buizerd zich over de HW, waarbij ze zich vestigden in de alom aangeplante en inmiddels uitge groeide bossages, waardoor het land schap kleinschaliger werd, een biotoop dat de Buizerd aanstaat. De territoria nemen nog steeds in aantal toe, zomer 2005 alleen al in'oost' 48.Tegenwoordig zijn nesten te vinden langs dijken, erf- en wegbeplantingen, grote tuinen en al leenstaande bomen, kortom op plaat sen die een halve eeuw geleden onmo gelijk leken. Omdat de Buizerd in heel Europa floreert, nam ook het winterbe- stand toe. Opvallend getekende exem plaren maken het mogelijk vast te stel len dat niet zelden dezelfde individuen winters lang vanuit dezelfde bosjes, hekpalen of bomen opereren. Bij de aantalsgroei was de afgenomen vervol ging door de mens stellig een factor. Begin vorige eeuw schreef een toen be kend natuurfotograaf doodgemoede reerd bij een plaatje van de Buizerd 'daar hij in de broedtijd soms zeer veel schade kan uitrichten door het buitma ken van heel veel nuttig wild, mogen hem de meeste jagers niet gaarne lij den'. Bij de Blauwe Kiekendief beveelt de man aan de gelederen nu en dan eens De Buizerd (boven) is bij de wintertelling uitgegroeid tot de talrijkste roofvoge iFoto: A dn Joosse. De Hoogezandsche Gorzen (onder) zijn door afkalvingvrijwel geheel verdwenen. Op de achtergrond de Haringvlietbrug. Foto: Gerard Ouweneel Zeearenden werden hier 's winters regelmatig waargenomen. Eén exemplaar had zijn vaste slaapplaats in een hoge boom aan de dijk. Zoals de meeste overwinteraars is dit een onvolwassen vogel (geen wit op de staart). In de winter van 1995-96 verbleven er waarschijnlijk maximaal 5-6 Zeearenden rond het Hollandsch Diep-Haringvliet. Foto blz.8René van Loo. -.

Tijdschriftenbank Zeeland

Sterna | 2007 | | pagina 11