Boekbespreking Frans Beekman - De kop van Schouwen onder het zand Duizend jaar duinvorming en duingebruik op een Zeeuws eiland Kon in een vorig nummer Frans Beekman gefeliciteerd worden met zijn promotie, eind april verscheen zijn proefschrift in de vorm van een rijk geïllustreerd boek waarvan in deze Sterna een folder is bijgeslo ten. Voor onze trouwe lezers is Frans geen onbekende. Vrijwel ieder nummer staat er immers een artikel van zijn hand in, over landschap en mensen op Schouwen omstreeks 19toen. Al vele jaren heeft Frans zich verdiept in het ontstaan en de geschiedenis van het Schouwse duingebied en als geboren onderwij zer draagt hij graag zijn kennis over aan anderen. Wat heeft Frans precies onderzocht. In eerste in stantie is zijn onderzoek gericht op de veranderingen in het duingebied en de invloed van de mens daarop. Wat dat laatste betreft is zijn slotconclusie "De in vloed van de mens op de buitenduinen en de binnen- duinen door de eeuwen heen is groter geweest dan vaak wordt gedacht. De duinen zijn zo bezien meer een cultuurlandschap dan een natuurlandschap." Belangrijke onderdelen van het onderzoek zijn de tijdsbepalingen en omvang van de twee grote over- stuivingen die in deze periode (1000 - 2000) plaats vonden. de veranderingen van de kustlijn en de be woning en het landgebruik door mensen. Basismateriaal Het onderzoeksmateriaal voor Frans bestond uit enerzijds uit oude kaarten en allerlei bronnen waarin iets over het gebied vermeld wordt. Anderzijds lever den scherven aardewerk en muntvondsten een tame lijk nauwkeurige aanwijzing voor het tijdstip van overstuiving, ook in de tijd wanneer daar geen schrif telijke mededelingen over te vinden zijn, zoals de pe riode van voor 1250. Om het geheel overzichtelijk te houden is de be schrijving ingedeeld in hoofdstukken die steeds een belangrijke periode beslaat. Overstoven cultuurgronden Dankzij het onderzoek van de Haagse afdeling van de Archeologische Werkgemeenschap Nederland (AWN), waarmee Frans op pad ging op zoek naar ma teriaal dat na vroegere overstuiving in nieuw uitge blazen valleien weer aan de oppervlakte is gekomen, kon in een gedeelte van het gebied de vroegere bewo ning en het verloren gaan van cultuurgrond gere construeerd worden. Ook de collectie munten, verza meld en gedocumenteerd door Hubregtse, onderwijzer te Burgh aan het begin van de vorige eeuw, vormde een belangrijke informatiebron. Op basis hiervan presenteert Frans een aantal kaarten met tijdlijnen van overstuiving en een berekening van de gemiddelde overstuyivingssnelheid per jaar. Zand uit de Oosterschelde Vergroting van de komberging van de Ooster schelde na hevige stormen waarbij land verloren ging, versterkte de stroming, waardoor diepe geulen in de ondergrond worden uitgeslepen. Nogal wat zand kwam in de monding terecht. Een deel van dat zand en zand dat afkomstig was van kusterosie kwam in de duinen terecht en werd vanuit loopduinen met 'trekgaten' landinwaarts geblazen. Duinakker- en weilandjes op en aan de rand van de Oude duinen,zogenaamde Haaimanslanden,raakten onder het zand bedolven. Het hele boek is een doorlo pend verslag van de worsteling tegen het oprukkende zand, dat de cultuurgrond bedreigt. Soms gaat het korte tijd goed en weet men met helmbeplanting en rietschermen de verstuiving binnen de perken te hou den. In andere perioden is er sprake van verwaarlo zing omdat niemand voor de kosten wil opdraaien en loopt het compleet uit de hand waardoor het hele duingebied in een zandverstuiving verandert. Uiter aard spelen klimatologische factoren daarbij ook een rol. Duunk'nienen Ook het gebruik van de duinen als konijnenkweek plaats (lange tijd de belangrijkste economische acti viteit) speelt daarbij een rol. Voor het vangen van de konijnen werd het complete landschap omgewroet - niet voor niks luidt de bijnaam voor de bewoners van de Westhoek: Duunk'nienen .De aantallen konijnen in de warandes (stukjes duin verpacht voor konijnen jacht) waren onvergelijkbaar met de huidige. Voor een bepaald jaar wordt de vangst van maar liefst 32.000 exemplaren opgegeven. Ook de begrazing met circa 320 stuks rundvee, zorgde er voor dat het duingebied een open gebied bleef. Bepalingen, overeenkomsten en nota's over be- 58

Tijdschriftenbank Zeeland

Sterna | 2007 | | pagina 28