Territoria van Steenuil op Schouwen-Duiveland in 2007. Gegevens Kerkuilenwerkgroep J i n 1 L 1 w 1 L -1 u JL Y~ -]r 1 1 ll K F r 1 a T met afname van kleinschaligheid, dus minder ge schikte voedselvoorzieningen voor deze vogel soort. Deze factoren gelden ook voor Zuid-Beve land, maar door meer hoogstamfruitbomen, knotwilgen, kleine weilanden en oude boerderij en is de populatie Steenuilen daar nog redelijk te noemen. Men kon hier in 2007 totaal 49 territoria noteren en schatte dat de populatie circa 50 a 55 broedparen bedraagt. Op Walcheren hadmenéén broedsel en op Tholen en Sint Philipsland zijn geen Steenuilen meer aanwezig. Schouwen-Duiveland De Steenuilen was vroeger zeker geen zeldza me broedvogel op Schouwen-Duiveland. Op basis van mededelingen van oude boeren waarbij Kerkuilenkasten werden geplaatst, schat ik de populatie van voor de Tweede Wereldooorlog op ruim 30 paar. De oorzaken van de afname zijn ve lerlei en werden hierboven reeds genoemd. Het grootschalige en open Schouwse landschap van na de Ramp en herverkaveling met weinig knot- bomen en een doorgaans geringe muizenstand heeft Steenuilen maar weinig meer te bieden. Sinds de start van de Kerkuilenwerkgroep in 1987 zijn er hier en daar in rustige poldergebieden ook Steenuilkasten geplaatst. Bij het controleren daarvan kunnen we nu al jaren deze schaarse uil tjes als broedvogels noteren. Zodoende hebben we op Schouwen-Duiveland minimaal 3 broedpa ren tot maximaal 5 broedterritoria.met daarnaast nog enkele solitaire exemplaren. Dit najaar heb ik samen met Anne Osinga nieuwe kasten geplaatst in de polders van Duiveland. Hopelijk leidt dat tot een uitbreiding van de populatie aldaar. Steenuilen zijn echte zonaanbidders. Bij zonnig weer koesteren ze zich open en bloot op een paal of een tak van een boom. Maar meestal kiezen ze voor een onopvallende roestplaats, zoals tegen een boomstam, muur of schuurbalk met in de om geving daarvan een schuilplaats om in weg te dui ken bij gevaar.Tijdens hetbaltsgedragbakenenze hun territorium af door middel van zang en de monstratievluchten. Ze maken verschillende ge luiden, zowel het welluidend fluitend pioew als al lerlei schel gekrijs en rauw gesnurk. Steenuilen hebben een verbazingwekkend rijk gedifferen tieerd repertoire van tenminste 18 tot 40 verschil lende geluiden. Steenuilen vertonen ook na de broedtijd nog sociaal gedrag, dan worden ze vaak gezien naast elkaar op een schuur of op een hori zontale boomtak. Broedbiologie en voedsel Steenuilen zijn holenbroeders. Daarom neste len ze in holle bomen, open gedeelten in gebou wen. onder oude dakpannen en in nestkasten. De baltstijd loopt van eind februari tot midden april. Eieren worden gelegd van midden april tot eind mei (soms juni) met een enkele keer twee broed sels per jaar. Het aantal eieren bedraagt meestal 3- 5, zelden 6-9, waar vrouw uil 24-28 dagen op broedt. Vanaf ruim 30 dagen komen de niet vlieg- vlugge jongen naar buiten, maar pas na vijf weken voeren en allerlei vliegcapriolen verlaten de jonge uilen de nestomgeving. Het eerste kalen derjaar sterft circa 70 terwijl de jaarlijkse sterf te daarna ongeveer 35% bedraagt. De hoogste 75

Tijdschriftenbank Zeeland

Sterna | 2007 | | pagina 13