Beheer een belangrijke factor Op het braakland van het Hoge Burgh waar Akker- en Drie kleurig viooltje dit voorjaar een belangrijk bestanddeel van de begroeiing vormden, legde een Kleine parelmoervlinder eitjes. Later in het jaar werd daar in het kader van conservering van oude cultuurresten, een laag grond over heen gestort en gras in gezaaid. Geen parelmoervlinders meer, eventueel wel grasland vlinders afhankelijk van het toekomstig beheer. Nogal wat vlin ders zijn voor hun voortplanting gebonden aan grasland vegetaties en het is in belangrijke mate afhankelijk van het beheer of een grasland geschikt is voor deze vlinders. Een kort gegraasd schapenweitje heeft vlinders en hun rupsen niets te bie den. Bloemrijk grasland met een afwisselende vegetatie-struc tuur is het meest geschikt. Daarbij kun je denken aan schrale ber men. dijken en weitjes die zo nu en dan gehooid worden, Sint Jansvlinders op Jakobskruiskmid. Sint Jansvlinders worden makkelijk ver ward met het eveneens rood en zwart gekleurde Jakobsvlindertje dat algemeen voorkomt en waarvan de geelzwarte zebrarupsen op Jakobskruiskruid leven. René van Loo vond een populatie Sint Jansvlinders in het duingebied De Maire op Schouwen. Foto: René van Loo. tijdelijk niet begraasde dijkge- deelten en zeer extensief be graasd natuurgebied. Veel soorten overleven de win ter als ei, pop of rups in de strooi- sellaag of soms ook hoger in de ve getatie. Een goed voorbeeld daarvan is de Sint-Jansvlinder. Weliswaar geen echte dagvlinder, maar in elk geval een soort die dagactief is. Mooie vlindertjes, die Bloeddrupjes. De waardplant van de soort is de Gewone rolklaver die we nogal eens op zandige dij ken vinden. In de herfst spinnen de rupsjes zich in een cocon die vrij hoog in de vegetatie zit. Om op te kunnen groeien en vooral om zich in te kunnen spinnen moet de be groeiing niet te kort zijn en ook niet later in het seizoen gemaaid worden Kleinschalig beheer waarin met dit soort gevoeligheden rekening gehouden wordt, zoals gefaseerd maaien, is dan ook van belang. Op Schouwen gebeurt dat ondermeer op de Rietdijk bij Zonnemaire. door de Stichting Landschapsbe heer Zeeland. Het Sint-Jansvlin dertje komt hier ook voor. Op Goeree vinden we de soort onder- J.RC. Boot (rechts) legt uit hoe hoog de begroeiing moet zijn voor Sint Jansvlinders. Hier samen met Maurice Jansen, Gert-Jan Buth en Jacob Viergever. Foto: Archief Sterna. 78

Tijdschriftenbank Zeeland

Sterna | 2007 | | pagina 16