velen en snateren. Voorbij de inlaagdijk bezoch
ten we een polderslootje om toch nog een vispo-
ging te wagen. Het dijkslootje was keurig ge
schoond en gemaaid, op de kant zagen we alleen
op afstand, nog een strookje maaisel. Er werd wat
gras meegenomen voor nader onderzoek. Daarin
zat -min of meer verwacht- een slanke dwergslak.
Het ondiepe slootwater zag er niet aantrekkelijk
uit, de slootbodem had een onbestemd zwarte
kleur. De zeef ging weer te water, wat ons weder
om een enkele Jenkins' waterhoren opleverde.
De meegenomen bagger toonde echter een op
merkelijke verrassing, er zaten levende erwten
mosseltjes in. Gekdie duiden op een (haast) zoet
milieu, terwijl we langs die dijk toch minstens
brakke omstandigheden verwachtten door zoute
kwel. Later wees Jaap Woets me op de mogelijk
heid van zoete kwel vanuit het dijklichaam. De
nog niet volgroeide erwtenmossels zijn aandach
tig bekeken en gedetermineerd met Gittenberger
c.s. (1998) en Killeen c.s. (2004), waarbij ik met
enige onzekerheid op de Stompe erwtenmossel
uitkwam. Helaas waren er geen losse kleppen
voor een latere determinatie/bevestiging door
een deskundige. Met het bezoek aan het slootje
was de laatste actie tot uitbreiding van de inventa
risatielijst uitgevoerd, er waren geen nieuwe
kansrijke plekken te verzinnen.
Slot
De inventarisatie van De Val e.o. leverde vijf
tien levende molluskensoorten op. Daarnaast
wees een vers leeg huisje op de aanwezigheid van
nog een soort. De soortenlijst is relatief laag, het
geen vermoedelijk verband houdt met de geringe
variatie in biotopen. De soorten zijn haast alle al
gemeen in de regio. Er staan twee soorten op de
Rode Lijst, te weten: Dwerg-korfslak en Fijnge-
ribde grasslak.Een opmerkelijke vondst is die van
erwtenmossels in een poldersloot, vermoedelijk
de Stompe erwtenmossel. Het voorkomen van
deze zoetwatermossel hadden wij in de vermeend
zilte kleipolder niet verwacht.
Literatuur
Anonymus, 1965. De brug. - Oosterbaan Le Cointre,
Goes.
Gittenberger, E. A.W. Janssen (red.), 1998. De Ne
derlandse zoetwatermollusken. - Nederlandse Fauna 2.
Naturalis, KNNV EIS-Nederland, Leiden.
Killeen, I., D.Aldridge G. Oliver, 2004. Freshwater
Bivalves of Britain and Ireland. - FSC Publications, Sh
rewsbury.
Provincie Zeeland, 1993. De vegetatie van Noord-Zee
land [samenst. W. van Wijngaarden]. - Provincie Zeeland,
Middelburg.
ZMF. 1990. Plan Tureluur. Natuurontwikkelingsplan
voor de Oosterschelde [samenst. Bureau Waardenburg].
-Vereniging Zeeuwse Milieufederatie, Goes.
Soortenlijst mollusken De Val, Zierikzee (km-hok 53-405);inventarisatie 23-2-2008,
Slakkenwerkgroep KNN V-Afd. Bevelanden.
levend
juv
ad
dood
juv
ad
Landslakken
Trichia hispida
Cepaea nemoralis
Cochlicopa lubrica
Monacha cantiana
Candidüla gigcixii
Oxychilus draparnaudi
Nesovitrea hammonis
Vertigo pygmaea
Vallonia costcitci
Carychium tridentatum
Ar ion at er
Ar ion hortensis s. I.
Deroceras reticulatum
Limax maximus
Waterniollusken
Potamopyrgus antipodarum
Pisidium cf. obtusale
Haarslak 3
Gewone tuinslak 10
Glanzende agaathoren 3
Grote karthuizerslak 5
Fijngeribde grasslak
Grote glansslak 1
Ammonshorentje
Dwerg-korfslak 4
Geribde jachthorenslak 6
Slanke dwergslak 1
Grote wegslak 4
Zwarte wegslak s.l. 1
Gevlekte akkerslak 2
Grote aardslak (Tijgerslak) 1
Jenkins' waterhoren 4
Stompe erwtenmossel 6
>20
5
5
16
>10
6
3
(i)
2
2
Aanduidingen: schatting, - verweerde horen