Achtererf van boerderij Van den Hoek in de Flaauwers Inlaag (1933). Foto R. ten Kate, collectie T. W. Rosmolen In het westelijk deel, dus de Wevers Inlaag, wor den de minder fijne eieren van de Kokmeeuw ge raapt. En dan broedt er nog de 'blaauwe of klein star', die minder voorkomt en zo veel mogelijk door de boeren wordt geweerd, omdat de vogels 'door hunne kwaadheid de andere verjagen'. Na overleg met gerenommeerde vogelaars durf ik te schrijven dat het hier om de Dwergstern gaat. De eieren van deze stern worden het fijnst, dus het lekkerst, genoemd. Het is opvallend dat de Grote Stern in 1870 niet als broedvogel wordt vermeld. Ze broedden toen wellicht in de uitgestrekte dras sige gebieden Prunje en Vlake in de polder Schou wen of ergens op zandplaten of brede stranden aan de kust. Na de betere bemaling door het stoomgemaal van 1877 hebben de Grote Sterns zich in de inlagen gevestigd. Een mooie foto uit 1917 bewijst dat ook. Paling Behalve het rapen van vogeleieren was ook de visserij op paling van belang in de inlagen. Visserij en vogelarij werden verpacht door het water schap die bepalingen in de vergunning opnam om roofbouw te voorkomen. Eén van de bekende vis sers tussen de wereldoorlogen was Gerrit van den Hoek wiens boerderij in de Flaauwers Inlaag lag, maar wel beschermd door een lage kade. De voor deur van de boerderij kwam op de inlaagdijk uit. Je kon er wat te drinken kopen, het was een be kend adres voor de dijkwerkers die hier altijd waren te vinden. Later werd de iets verderop gele gen Heerenkeet een populair café. Een zeldzame foto laat het rommelige achtererf van de boerde rij zien. Daar werden de kloetschuiten van de vis ser op een eenvoudige houten helling getrokken en lagen ook de palingkisten. De opname is van 17 december 1933 en er ligt ijs in de inlaag voor de Flaauwersbinnensluis. Op de achtergrond is het stoomgemaal Schouwen te zien. De vogelaars uit die jaren leenden hier een kloetschuit om naar de hillen of vogeleilanden te varen om er sterns en meeuwen te bestuderen. In onze tijd is dit inlagen- landschap steeds meer een vogelparadijs gewor den waar men uit heel Nederland en omringende landen naar toe komt. Kleine Zilverreigers,Lepe laars, allerlei steltlopers, eenden en ganzen: er is altijd wat te zien! 69

Tijdschriftenbank Zeeland

Sterna | 2008 | | pagina 7