Buitenmensen Natuurliefhebbers territorium leidt. Een vrouw Torenvalk weegt gemiddeld 193 gram met een vleugelspanwijdte van 81 centime ter, een man weegt circa 156 gram met een vleu gelspanwijdte van 77 centimeter. De broedduur bedraagt 34 dagen, en de jonge valkjes zitten circa 28 dagen in en later op hun nest(kast),daarna vlie gen ze uit maar rusten nog vaak op hun nestloca tie. Jonge Torenvalken worden geringd tussen de 18 a 21 dagen,dan wordenze gemeten engewogen en krijgen ze een ring van 7 millimeter met cijfer code om hun poot, waarvan de gegevens naar het Vogeltrekstation gaan. Het blijkt dat jonge Torenvalkenzich veelal niet verder dan 60 kilometer van hun geboorteplek verwijderen, maar er zijn ook Torenvalken die uit verder weg gelegen delen van Nederland worden teruggemeld. Sommigen gaan nog veel verder. Zo was er een exemplaar (1ste kalenderjaar) geringd te Brouwershaven, 114 dagen later doodgescho ten te Gorliz - Viscaya in Spanje, een afstand van 1.073 kilometer. Ook was er een jong exemplaar geringd te Haamstede, dat werd teruggemeld uit Duffort - Gers in Frankrijk, waar de vogel was ge schoten. Deze valk had in 630 dagen 962 kilome ter afgelegd. Het ringen op de boerderijen trekt doorgaans veel bekijks. Vaak zijn er ook toeristen bij die fo to's maken van dit gebeuren. Wanneer er een te rugmelding is door de Ringcentrale, krijgen de be trokkenen altijd een kopie, zodat ze weten waar 'hun' vogel is gevangen of is dood gevonden. Literatuur Bulsma, R.G. Ecologische Atlas van de Nederlandse Roofvogels. Bijlsma, R.G. Trends en broedresultaten van roofvogels in Nederland in 2007. DeTakkeling-Jaargang 16 2008 nummer 1 Casteluns, H. Jaarverslag Roofvogelwerkgroep Zee land 2007. http://www.roofvogelszeeland.nl 't Hof, M. van. Broedverslag 2008 Ringwerkgroep Schouwen-Duiveland Frans Beekman Het naar buiten gaan om planten en dieren te bekijken en te bestuderen heeft tegenwoordig een hoge vlucht genomen. Kijk maar naar waarnemingen.nl en dergelijke. Toch was dat op Schouwen- Duiveland vroeger iets onbekends. Wel ondernamen vanaf het midden van de 19de eeuw botanici of vogelaars de lange reis naar Zeeland om er in de natuur te speuren en hun vondsten in versla gen vast te leggen. Het was dan ook bijzonder dat in 1934 een groep jongelui van het eiland zelf afdeling Schouwen oprichtte van de Nederlandse Jeugdbond voor Natuurstudie (NJN). Zij leerden alle natuurgebieden van het eiland goed kennen en lieten ook andere leden uit de rest van het land meegenieten van deze natuurlijke rijkdommen. De foto laat zo'n Schouwse NJN-groep zien die met de fiets het strand op is gegaan. De fotograaf Rykel ten Kate noteerde de excursiedag en in een van de verslagen staat dat het gaat om één van de twee aangespoelde Haringhaaien op de kust bij de vuurtoren van Haamstede. Gehurkt bij de grote vis zien we Jacob Viergever (1917-1983),be- kend documentalist van planten, vogels en het zeeleven. Hij woonde in Serooskerke en werkte op een plaatselijke bank. Op het dorp noemde men hem wel 'de wurmenzoeker';ze vonden zijn manier van doen vreemd. Andere mensen op Schouwen-Duiveland vonden dat spieden en speuren in de natuur toen ook merkwaardig. Het NJN-lid Fientje de Roo ving omstreeks 1939 in Haamstede op, dat de NJN de 'club van zwartbak- kesen' werd genoemd. Veel mensen vonden het maar afwijkend gedrag en vonden de leden ongu- 86

Tijdschriftenbank Zeeland

Sterna | 2008 | | pagina 24