Ook zomer 2008 weer een stroom van mailtjes
Grote Sterns. Foto: Eric Menkveld.
De contactgroep 'sandvicensis' volgt wel en wee van de Grote Sterns op de voet.
Gerard L. Ouweneel
Iedere lezer weet dat dit tijdschrift een gezamenlijke uitgave is van de natuurclubs van Schouwen-
Duiveland en Goeree-Overflakkee. Minder bekend zal zijn dat een markant redactielid van 'Sterna'
een initiatief nam waaruit een contactgroep voortkwam die reikt van Duinkerken tot
Schiermonnikoog. De bij die contactgroep betrokken lieden hebben één hartstocht gemeen en dat
is de vogelsoort die met recht het logo zou kunnen (of eigenlijk moeten!) zijn van de natuurclubs
van beide eilanden: de Grote Stern.
Sterna Sandvicensis
Waarom geen Visdieven of Dwergsterns, maar
Grote Sterns? Een poging die voorkeur te verkla
ren doet de soort per definitie tekort. Met behulp
van aan PC's toevertrouwde ontboezemingen
samen met een eigen impressie, waag ik het toch.
Méér dan andere sterns suggereert de Grote
Stern thuis te horen op zee,in de wereld tussen een
blauwe lucht en transparant groen zeewater.
Daaraan werken mee lange smalle vleugels, krijt
witte onderdelen, de rauwe roep 'kirrek' en een
platte kop met woeste kuif. De zee geeft Grote
Sterns iets onbereikbaars, een status die tot voor
kort werd onderstreept omdat het handjevol po
tentiële broedlocaties die deze natie Grote Sterns
te bieden had en heeft, voor gewone stervelingen
ook letterlijk onbereikbaar was: Rottum, de
Hooge Platen, de Hompelvoet en Griend, alle
namen die sterk aanspreken, waarschijnlijk juist
daarom omdat er Grote Sterns broe(d)den. Maar
wel uitsluitend door bewakers betreden plekken
Na bijna een halve eeuw kan thans iedereen zich
weer op Schouwen en Texel vergapen aan het
fraais dat een kolonie Grote Sterns biedt. Vóór
19