Bij Oye-Plage (Noord-Frankrijk) zijn in een gegraven plas in een achterduinse strandvlakte een aantal eilandjes aan gelegd waarop Grote Sterns tot broeden komenEen en ander vergt een tamelijk intensief beheer, vergelijkbaar met de vroegere vogelhillen in de Schouwse inlagen .Foto: Richard Nikolajczak. eind-juni toch op 7400 paren, bijna 9% lager dan de 8000 van 2007. Eind-juni komen de Wadden uit op circa 10.350 paren, weer minder dan 2007 en ten opzichte van de 13.113 paren in het topjaar 2007, inmiddels een achteruitgang van ruim 20%. Op 26 juni mailt Date Lutterop vanaf Griend dat ze er net boven de 8000 paren uitkomen, met nog wel steeds wat 'naleg', paren die laat in het seizoen alsnog begin nen aan een broedcyclus. De op Griend rond- schuimende Velduilen bemachtigen incidenteel Grote Sterns, een nieuw fenomeen omdat ze zich voorheen beperkten tot Visdieven en Noordse Sterns. Date meldt dat de Eidereenden een prima seizoen hebben. Jeffrey Huizinga meldt vanaf Ameland dat de kolonie daar circa 2000 paren telt. Hij heeft op Ameland 'eindelijk' voor dit sei zoen de eerste Velduil gevonden en dat de Blauwe Kiekendief met slechts drie nesten het ook deze zomer weer zwaar heeft. Over de 400 paren Noordse Sterns is Jeffrey tevreden. Literatuur Kraker. K. de, 2008. Grevelingenverslag 2007. Ecolo gisch adviesbureau Sandvicensis. Burgh-Haamstede. Meininger. P.L., Arts, F.A. N.D. van Swelm. 2000. Kustbroedvogels in het Noordelijk Deltagebied: ontwik kelingen, knelpunten en potenties. Rapport R1KZ/ 2000.052. Rijksinstituut voor Kusten Zee/Stichting Orni thologisch Station Voorne. Middelburg/Oostvoorne. Ouweneel.G.L. 2004. Vogelwachter in een wijdheid van water en wolken. In S.J. Breedveld. A. van Dam. W.J. Hol laar. K.Tanis. B. van derVelden en G.de Zoete:Tussen ha ringvliet en Grevelingen-Vogels van Goeree-Overflak- kee. Middelharnis.. Rooth.J.1979. Over de stand van onze sterns. De Lepe laar nummer 60:12-15. 25

Tijdschriftenbank Zeeland

Sterna | 2009 | | pagina 27