het daar voor de Kokmeeuwen. Deze leden vóór
de bewuste storm al dikke verliezen. Na 19 juni
resteren alleen de grote, voldoende mobiele pul
len. Zo'n 50 paren Noordse Stern verliezen hun al
tenminste twee weken oude pullen. Gelukkig res
teren nog 80 nesten. Bij de Visdief op de Vogelpol-
le was vóór 19 j uni het aantal paren al gereduceerd
van 180 naar 1. Ook vervelende berichten van
Griend. Geen schade bij de Grote Sterns. Maar de
NAP 1,47 van 19 juni overspoelde wel de drie
nesten van Lepelaars. Verder gaan 60 nesten van
zowel Noordse Sterns als van Visdieven verloren
en ook honderden kokmeeuw- en tientallen
scholeksternesten. Maar Date is in zijn sas met het
zich aftekenende gunstige broedsucces van de
Grote Sterns op Griend.
Eenzelfde beeld schetsen de buitenlandcorre
spondenten met wie in 2010 contact tot stand
kwam met de eerder op Goeree en Schouwen be
gonnen contactgroep. Johann Ulrich Knief meldt
van de Grote Sterns van Norderoog in de Duitse
Waddenzee een late aankomst. Uiteindelijk zijn
er 1800 paren, tegen 1369 in 2009. Het broedresu-
laat is uitstekend. Van deze kolonie is sinds 1905
het aantalverloop bekend. Met uitzondering van
1916 en 1917 met ieder 7000 paren, kwam het aan
tal nooit boven de 5000. Een tweede Duitse kolo
nie, die van Baltrum, herbergt in 2010 3200 paren,
tegen 4191 in 2008. Onbekend is het resultaat van
de derde Duitse kolonie Neuwerk. Na een afwe
zigheid van 15 jaren bezit Polen sinds 2006 weer
Grote Sterns, die broeden in de monding van de
Vistula. In 2009 omvatte de vestiging 570 nesten.
Als gevolg van overspoeling gaat de kolonie in
2010 verloren,meldt Szymon Kuling. Van de in het
Deense Kattegat gelegen kolonie op Hirsholme-
ne was half juli nog geen informatie voorhanden.
Varia
Half juli, bij het afsluiten van de emailboekhou
ding, komen voor Nederland als voorlopig resul
taat uit de bus 17.350 paren Grote Sterns, bijna
2000 minder dan in 2009. Een troost is de algeme
ne tevredenheid over het broedsucces. Uit de
steeds langer wordende mailinglist blijkt dat de
belangstelling voor het wel en wee van de Grote
Sterns aanzienlijk is. Die mails zijn dan ook koste
lijk. Want niet alleen nemen de rapporteurs ande
re kustbroedvogels mee, maar ook brengen ze
meningen naar voren, ideeën, kritiek, komen uit
voor emoties, melden botanische bijzonderhe
den, insecten, kortom allemaal zaken die voge
laars óók bezighouden ten aanzien van hun dier
bare terreinen. Daarbij komt dat de mails inzicht
geven over het gebeuren in tot de verbeelding
sprekende gebieden, meestal ver weg liggende en
voor de doorsnee vogelaar onbereikbare platen,
die inspireren tot dromerige overpeinzingen.
Weliswaar bieden De Petten en de Flaauwersin-
laag tegenwoordig vogelaars gelegenheid getuige
te zijn van het familieleven van Grote Sterns,maar
decennialang was dat voorrecht uitsluitend voor
behouden aan bewakers en onderzoekers op on
bereikbare plekken, die ook nog eens omringd
werden door bordjes 'verboden toegang'.
Een niet geheel willekeurige greep uit een ord
ner met mailtjes. Eentj e van Kees de Kraker waar
in deze meldt op de Kabbelaarsbank een drom
kinderen te hebben toegestaan door zijn teles
coop te kijken. Ze vinden hun waarnemingen 'su
pervet'. En passant vindt Kees ter plekke een
kluifzwam.Twee dagen later schat Kees het aantal
Harlekijnorchissen op de Hompelvoet op 7000
stuks. Voor menig kustvogelaar zal het waddenei
land Griend een wel zeer aansprekend stukje Ne
derland zijn. De mails van het bewakersstel Date
en Giny geven volop voedsel aan de verbeelding.
Op 12 mei melden ze dat 2010 voor wat de sterns
betreft wel een latertje zal worden. Met 30.000 tot
35.000 paren gaat het met de Kokmeeuwen naar
wens. Er zitten tenminste 7 paren Waterrallen tus
sen. De eieren van de Velduil zijn gepredeerd,
maar het ziet er naar uit dat er óók op Griend een
vestiging van Lepelaars gaat komen.
De meeste mails gaan over de Delta, waarbij
vooral Markenje aandacht krijgt. Begrijpelijk,
want vanaf de dijk valt er veel te zien, waarbij het
mogelijk is om in één telescoopbeeld van de drie
vedetten onder onze kustbroedvogels te genie
ten: Grote Sterns, Dwergsterns en Strandplevie-
ren in een entourage zoals deze behoort te zijn.
Ben van der Velden zal eind juni verzuchten 'Mar
kenje is net een mini De Beer'. Dat was na een dag
Goeree met overal Dwergsterns, een soort waar
van de RWS Waterdienst de laatste jaren in de
Delta tot een aantal van circa 500 broedparen
komt. Rond 1965 waren dat er circa 50 voor heel
Nederland. Begin juli wordt duidelijk dat zowel
bij Dwergsterns als Visdieven in de Delta in 2010
nauwelijks jongen vliegvlug zijn geworden. Krijn
8