Door Ed van Wijk )eting metKrijn Tanis We zagen elkaar bij een biertje in de strandtent van Kleine Jan en later gingen we samen op pad. John heeft me in die tijd veel geleerd over de plantenwereld en duinecologie. Gaandeweg werd het een hechte vriendschap en zagen we elkaar veel, ook nadat John verhuisde naar Dreischor. Welke natuurorganisaties waren er toen op Goeree, was de NLGO al in beeld NLGO was er nog niet als organisatie. Op Goeree-Overflakkee had men wel de Stichting met dezelfde naam van o.a. Hans Huisman en van der Zwan, maar tot na de oprichting van NLGO wisten we niet eens van het bestaan van die organisatie. Wel hebben we later nog een tijd samen vergaderd totdat de Stichting werd opgeheven. In 1978 riepen John Beijersbergen, Gerard Lokker, Fred Schenk, Arie van den Berg en ik de Vogelwerkgroep Goeree in het leven. Als reactie daarop bracht Johan Everaers op Oost-Flakkee een aantal belangstellenden in de natuurbescherming samen zoals Jos Hendriks en Johan Dunk. Met hulp van Frans Jansen, de toenmalige voorzitter van de Natuur- en Vogelwacht Schouwen-Duiveland kwamen we in 1979 met z'n allen uiteindelijk tot de oprichting van NLGO. Ik nam de Vogelwerkgroep voor mijn rekening en in de loop der tijd is een harde kern van twintig vogelaars ontstaan die niet alleen naar vogels kijken maar actief vogels tellen. In 2004 mondde dat uit in de bekende uitgave Tussen Haringvliet en Grevelingen'van de NLGO. Ik ben nu, meer dan dertig jaar later, nog steeds coördinator van de vogelwerkgroep. Het tellen is wel veranderd, tegenwoordig zetten we bijna alle waarnemin gen op waarneming.nl (er staat een link op de site NLGO.nl). Georganiseerde tellingen worden doorgegeven aan SOVON, dat kunnen zowel gebiedstellingen als broedvogelinventarisaties zijn. Ook in de vogelpopulatie is er sinds de zeventiger jaren wel veel veranderd, denk ik.... Veranderingen in de vogelpopulatie zijn er zeker: je ging toen nog echt op zoek naar ganzen, terwijl die nu in groten getale te zien zijn, kol-, brand- en grauwe ganzen, noem maar op. Ook de roofvogelstand is veranderd. Met meer bosjes in het landschap zijn bepaalde soorten als sperwer, buizerd en havik in aantal toe genomen. Maar de weidevogels hebben het zwaar te verduren gekregen, voornamelijk door de intensivering van de landbouw. Krijn op Markenje met in zijn hand een jonge grote stern (2011

Tijdschriftenbank Zeeland

Sterna | 2012 | | pagina 7